Plan van Aanpak Concept Adviesrapport BVL-Bouwadvies BV
Om beter grip te krijgen op het onderzoek/advies van BVLB is een korte
samenvatting rondgestuurd om op- en aanmerkingen gerubriceerd in te zamelen voor
overleg.
In onderstaande tabel worden deze verzameld en kunnen reacties
telefonisch*) of via
email
worden toegevoegd. De reacties worden met pandnummer toegevoegd.
Uw coördinator is dus:
P54:
Opmerkingen worden
cursief weergegeven; verwijzingen niet.
1. Projectomschrijving
Funderingsonderzoek 3022BL 48 t/m 56
aan de orde:
202110 BVLB
concept advies-blok74
opgesteld volgens F30-richtlijn
P122-Programma van Eisen
KCAF en Eigenaren hebben daar aan toegevoegd: P122-Programma van Eisen KCAF & blok-74
2. Randvoorwaarden
Onderzoek is uitgevoerd in twee voor de fundering representatieve
inspectieputten.
Naar verwachting is de stand van zaken, maatgevend voor het gehele
funderingsblok.
aandachtspunten van BVLB:
- funderingsherstel bij één pand kan invloed hebben op belendende panden
- bij renovatie kan gewichtstoename of herverdeling belasting negatief
effect hebben
- handhavingstermijn van belang bij verkoop, renovatie of sloop belendende
panden
3. Funderingsonderzoek
3.1 Bouw en bestemming
Met uitzondering van P52A en B hebben alle panden wijzigingen ondergaan.
Van voorheen P54A en B is niet genoemd, dat die in augustus 2005 zijn
samengevoegd tot één P54.
3.2 Visuele inspectie
Inpandig (exclusief P48):
In alle gradaties (zeer kleine t/m groot) is, met uitzondering van P50,
scheurvorming geconstateerd. Deze wordt "fundering gerelateerd" genoemd, "hoofdzakelijk
veroorzaakt door het voorover zakken van de panden".
Gevelinspectie:
Bij alle panden, uitgezonderd P50, is aan voor- en/of achtergevel scheurvorming
geconstateerd,
"te verklaren door ongelijkmatige zakking".
P54: Programma van Eisen, blz 2:
Opmerkingen van eigenaren en KCAF:
"Graag meenemen en bezien en beoordelen van
de mogelijke invloed van de verkeersdrempel ter hoogte woningen nr. 50-52."
3.3
Scheefstand
Blok 74 zakt in zijn geheel naar voren, waarbij de panden qua gevelscheefstand
als vloeren onderling verschillen laten zien in breedte- en lengterichting,
uitgezonderd P50 dat is "uitgevlakt".
De scheefstand wordt constructief als "groot tot zeer groot" geclassificeerd.
3.4
Hoogtemetingen
Met enig voorbehoud wordt een gemiddelde zakking van de panden aangegeven als 2
mm/jaar.
3.5
Omgevingsfactoren
Er zijn, volgens het rapport, geen omgevingsfactoren bekend die invloed hebben
(gehad) op de kwaliteit van de fundering.
3.6
Waterhuishouding en bodemopbouw
Op basis van de archief- en peilbuisgegevens wordt het grondwaterpeil als
"voldoende" gekwalificeerd; de bodemkwaliteit als "matig" met "heterogene"
verschillen in loodvervuiling.
P54:
Is de lengte van de heipalen van belang;
zijn de zakkingen b.v. te wijten aan dunne kleilaag of inklinking van de
veenlagen?
Zijn er extra risico's door de toename van zwaar verkeer?
3.7
Funderingsinspectie
Er zijn 2 inspectieputten gegraven aan de straatzijde van de panden (P48/50 en
P56).
Bij één pand is grenenhout aangetroffen (paal 1.2); bij het andere pand (P56)
vurenhout (paal 2.2).
Het betreft dus een fundering van gemengd hout.
P54:
Is de constatering dat er gemengd hout is gebruikt te rijmen met de
suggestie dat er in één keer een heipalenblok geslagen is?
Heeft gemengd hout invloed op de handhavingstermijn?
P54: Er zijn op blz
157 t/m 166 wel 8 foto's van de fundering 50 A/B te zien, maar géén foto's
van 56, waar wel bijzondere opmerkingen over gemaakt zijn. Er zijn wel 2
foto's opgenomen van de Schiebroekselaan 57B (??)
In bijlage 6, funderingsinspectie zijn overigens wel de correcte foto's
opgenomen.
P54: Het KCAF-stappenplan voor herstel fundering suggereert (zie: blz. 19) dat grenenhouten palen bij herstel vervangen zouden moeten worden door stalen buispalen. Is er een indicatie over het aantal grenenhouten palen? En is dit KCAF-advies ook aan de orde bij onze aanpak?
P54:Twee inspectieputten alleen aan voorgevelzijde, maar niet aan de lagergelegen achterzijde. Is dat voldoende, als gebleken is dat de huizen niet gelijkmatig scheefstaan en/of zijwaartse druk uitoefenen?
3.7.3 Samenvatting monstername:
P54: N.a.v. SHR
houtanalyse blz. 6, § 6: "Uitgaande van niet
wezenlijk veranderende omstandigheden rondom het funderingshout, is de
verwachting dat in de komende 25 jaar de sterk aangetaste schil zich in
beide monsters kan uitbreiden tot respectievelijk 44 en 52 mm."
Betekent dit, dat de palen op zich nog wel 25 jaar mee kunnen?
4.
Beoordeling functioneren houten
paalfundering
Bij P48/50 zijn 2 palen onderzocht.
Bij P56 zijn 5 palen, waarvan er één geen en een ander slechts gedeeltelijk een
dragende functie had.
4.1
Stabiliteit funderingsconstructie
P48/50: Voldoende om de belasting vanuit de bovenbouw over te dragen op het
langshout.
P56: Onvoldoende. Palen zijn door de draagbalk/het langshout geponst.
4.2
Draagkracht paalhout
Op de paalkoppen is geen overschrijding van de toelaatbare houtspanning
aangetroffen "parallel aan de vezel" aangetroffen.
Ter hoogte van het omslagpunt is er bij P48 wel sprake van een overschrijding.
4.3
Draagkracht funderingsconstructie en grondwaterdekking
Draagkracht bij P56 dus onvoldoende, maar er is geen verdere afname te
verwachten door aantasting van de houten fundering.
P54: Is voor pand 48 duidelijk in 2 tabellen
weergegeven; voor pand 56 niet ?
Of is Paal 1.x Pand 48 en wordt met Paal P2.x in de tabel Pand 56 bedoeld?
Als de palen 2.4 (gedeeltelijk) en 2.5 (geheel)
naast de fundering staan, geven dan de resterende palen voldoende
kwaliteitswaarborg voor de overige palen van het blok? Overigens was er naar mijn indruk 'n paal abusievelijk buiten de geplande lijn geslagen en waren de overige
vier als dragend bedoeld.
4.4
Beoordeling
1. Inpandig zijn kleine tot grote scheuren waargenomen door vooroverhelling van
de gevels
2. Bij voorgevel zijn kleine tot grote scheuren waargenomen door ongelijkmatige
zakking
3. Scheefstand door gelijkmatige zakking voorgevels van P56 > P48 = van nihil >
groot
4. Scheefstand vloeren richting gevel zeer groot (uitgezonderd P50 door
renovatie)
5. De zakking van de fundering/panden wordt als "matig" gekwalificeerd
6. Er is voldoende grondwaterdekking; geen schimmelaantasting aangetroffen
7. Stabiliteit P48/50 is voldoende; draagkracht onderhevig aan overbelasting
8. Stabiliteit en draagkracht bij P56 onvoldoende en tevens onderhevig aan
overbelasting.
P54: Ongelijkmatige zakking en scheefstand in de breedte (wordt niet direct genoemd, maar is wel aan de orde): Leidt dit niet tot zijwaartse druk met gevolgen voor het belendende perceel?
T20: Funderingstechnische beoordeling Blok 74:
- Classificatie: Matig
- Omschrijving: Binnen 15 jaar onderlinge zakkingsverschillen; verhoging
belasting niet mogelijk
- Handhavingstermijn: 5 tot 15 jaar.
P54:
Vooralsnog vinden wij een termijn "tot
15 jaar" slecht onderbouwd.
5. Advies
De panden hebben last van overbelasting.
De zakkingen zullen doorgaan met verdere toename van scheefstand en
scheurvorming tot gevolg.
Het verleden geeft een zakking aan van 2 – 4 mm per jaar. Dit is ook de verwachting
op langere termijn.
Alleen funderingsherstel zal deze zakking stabiliseren
P54:
Het 'advies' komt meer over als een
conclusie met de daaraan gekoppelde mening: "Alleen funderingsherstel zal
deze zakking stabiliseren".
Zijn met het stabiliseren van de zakking de panden in hun huidige kwaliteit
voor langere tijd handhaafbaar?
Oftewel: Wat is het advies aan de eigenaren van Blok 74?
reacties telefonisch*) of via email
Enkele links naar gemeentelijk beleid
Met betrekking tot huizen van vóór 1930:
https://duurzaam010.nl/thema/tot-1930/
Met betrekking tot verbouwen, funderingsonderzoek en verduurzaming:
https://duurzaam010.nl/subsidies-en-leningen/
Home Pagina
Behandeling BVLB Advies
Plan van Aanpak