KORT VERSLAG VAN DE OP UITNODIGING VAN DE
CULTURELE STICHTING BOLLENSTREEK
GEHOUDEN AVOND BIJ VAN DER GEEST OP VRIJDAGAVOND J.L.

Aanwezig waren van de CSB:
de Heren Duquesne van Bruchem, van Hensbergen, Roos, Janssen Groesbeek en
de Dames Putman en Mutsaerts.
Verder: De heer G. Maarseveen, fractievoorzitter CHU, de heer P. Heemskerk, fractievoorzitter van de VVD en voorzitter van de plaatselijke VVV, de Heer van Geldere van Concordia, de Heer van Haarlem van Rokazano, drie dames van het Actiecomité Puyck en Dam en nog enkele geïnteresseerden.

De heer Duquesne hield allereerst een uitvoerige inleiding, waarin hij schetste, het ontstaan van CSB, datgene wat wij de twee afgelopen seizoenen gebracht hadden, wat wij het a.s. seizoen willen gaan brengen. Verder ging hij nog nader in op het samenvallen van 2 evenementen in Noordwijkerhout, toen wij de avond van het Volendams Operakoor in de Victorkerk brachten en Concordia op diezelfde avond een zanguitvoering. Hieruit kwam al direct naar voren, dat het noodzakelijk zal zijn tot een gezamenlijk kunstagenda te komen voor Noordwijkerhout, dan bij gebleken succes voor de gehele Bollenstreek en later zelfs voor het totale gebied tussen Leiden en Haarlem.
Hierover volgt een nieuwe vergadering met de Heren Duquesne, Van Hensbergen, Heemskerk, Van Haarlem en Van Geldere, donderdagavond bij Van der Geest.
Na deze inleiding was er in de pauze gelegenheid tot het stellen van schriftelijke vragen en zo kwamen de volgende punten ter sprake na de pauze:

1. Puyckendam
Gevraagd werd, of wij actief ons standpunt willen bepalen t.a.v. deze actie.
Dhr Duquesne deelt toen mede, dat dit punt al ter sprake was gekomen op de afgelopen vergadering van de CSB, dat deze vergadering slechts zeer summier bezet was en dat men geen standpunt bepaald heeft. Hij beloofde dat deze zaak bij een volgende vergadering weer op de agenda te zetten.

Hierna gaf de heer Janssen Groesbeek zijn plan weer, wat er met Puyckendam moest gebeuren. Volgens spreker was hier sprake van een prachtige “groenplek”, zodat bij afbraak de gemeente helemaal geen groenstrook zou behoeven aan te leggen. Het is een rustpunt voor een ieder tussen de kale huizenmassa.
Hoewel het geen historische waarde heeft, heeft het grote waarde als planologisch rustpunt.

Bestemming: Een Cultureel, creatief centrum, bestaande uit en werkschuur, expositieruimte en een woonhuis voor een kunstenaar, die van daaruit alle activiteiten kon organiseren en leiding geven bij de uitvoering daarvan.
Het zou ook uiterst belangrijk zijn voor niet alleen de kinderen doch ook voor volwassenen en vooral bejaarden, daar deze bij afsluiting van hun werk graag andere activiteiten gaan ontplooien.
Verder is het uit te breiden met allerlei speelobjecten voor kinderen, waar zij in-, onder- en bovenop kunnen kruipen, enfin, spreker zag plenty mogelijkheden.

De heer Maarseveen bracht even de financiële consequenties naar voren, doch daar kon men staande de vergadering geen antwoord op geven, de gemeente heeft het geheel aangekocht voor 155.000,00 gulden. Dhr. Maarseveen opende nog wel de mogelijkheid de financiële moeilijkheden daar te overbruggen met bijvoorbeeld het aantrekken van een Horeca-man. Hij dacht dan aan b.v. een pannenkoekenhuisje.


2.  CSB
Verder vraagt de heer Maarseveen waarom de oorspronkelijke, naam Culturele Stichting Noordwijkerhout, veranderd was na de toestemming van de eerste subsidie in Culturele Stichting Bollenstreek.

De heer Maarseveen vroeg als laatste vraag nog, hoe wij dachten over het verstrekken van abonnementen voor Noordwijkerhouters, omdat op de manier waarop wij nu werken, de mensen uit omliggende gemeenten meeprofiteren van de lage toegangsprijzen, die wij vanwege onze subsidie kunnen geven:

“Subsidie is het geld van de gemeenschap van Noordwijkerhout en daarom moeten wij er ook van profiteren”.
Hoe hoog is het percentage Noordwijkerhouters bij de uitvoeringen, wij dachten circa 80% antwoordde de heer Duquesne.

De CSB zal met ingang van seizoen 1970/1971 beginnen met het verstrekken van abonnementen tegen gereduceerde prijzen en liefst alleen voor Noordwijkerhout. De heer Van Hensbergen merkte nog op, dat wij deze winter bij iedere voorstelling zullen “turven” vanuit welke plaats welk percentage bezoekers komt. Dit geeft ons meer inzicht en voorts helpt het ons bij een eventuele subsidieaanvraag in omliggende gemeenten.
De heer Van Haarlem vroeg dringend dat wij nauwer contact zouden onderhouden met de andere plaatselijke verenigingen en ook hun andere zorgen zouden delen”.