Leven nu,.. en morgen?
jongerenmanifestaties
sociëteit "ante portas"
en  werkgroep  noordwijkerhout

Exerpt uit de lezing van dr. W.J.M. van Haaren.
vrijdag 15 november 1968, hotel van der geest


DE MENS OP EEN KEERPUNT

 

De mens in de tijd.

Reeds 1 miljoen jaren leeft de mens op aarde.
Een lange tijd? Een korte tijd?
Rekenen we heel de bestaansduur van onze planeet aarde voor etmaal, dan verschijnt de mens pas in de laatste minuten voor middernacht.

Onze Westerse geschiedenis bestaat nu 2500 jaar.
Een lange tijd? Een korte tijd?
Rekenen we heel de bestaansduur van de mens voor één etmaal, dan
zijn deze 2500 jaren slechts weer een kwestie van de laatste minuten  (Blauwe Boekje. pag. 1.).

Van de tijd van de aarde binnen het heelal weten we eigenlijk weinig.
Wel is duidelijk, dat de aarde slechts een randverschijnsel is in het geheel van zonnestelsels in het heelal.
De mens is er pas net.
Er is al veel met hem gebeurd, er kan nog van alles met hem gebeuren.
 

Op een keerpunt.

Do ontwikkeling van de mens gaat sprongsgewijze.
Na lange perioden van gelijk blijven ineens een verandering, als een samenballing en explosie van alle krachten.

  1. Wij staan nu op zulk een sprong, op een keerpunt.

    Er is een versnelling van ontwikkeling gaande op allerlei punten.

    a.    van voortbewegen
    b.    van denken en berekenen.
    c.    van explosieve vernietigingskrachten.
    d.    van hoogterecords.
    e.    van bevolkingstoename.
    f.     van communicatie.

2.    De drijvende factor achter dit alles is de wetenschap.

De wetenschap is nog jong, eigenlijk pas drie eeuwen; tenminste de wetenschap die experimenteert en samengaat met de techniek.
Ons leven is al grotendeels gebaseerd op deze techniek.

Toch is deze wetenschap en ook de techniek pas begonnen:

a.   De natuurwetenschappen:
industrialisatie staat aan een begin.In de toekomst zal de mens slechts zes op elke honderd uur van zijn leven hoeven te werken. De rest is om te leven.
De ruimtevaart is amper begonnen. Het bewonen van andere Planeten lijkt in het verschiet te liggen.

b.  De menswetenschappen:
De medische wetenschap is pas een kleine eeuw echt op gang aan het komen. Nu reeds verhoging levensduur met 30 tot 40 jaar.

-    de biologie staat op het punt leven te verwekken in het lab en die exemplaren kweken die de maatschappij nodig zal hebben. (Huxley, Brave new world).
-    sociologie en economie zijn nog geen eeuw oud en bepalen reeds meer en meer de samenleving.
-    de psychiatrie staat nog in de kinderschoenen. Nu al kan men karakters van mensen radicaal veranderen.

En wat zijn de effecten van LSD e.d.?

De aanzet is gemaakt, de sprong is genomen. Hoe hoog zal de sprong zijn en waar komen wij terecht?


3.   Een nieuwe houding vereist.

De mens zet zijn bestaan op het spel.
Dit is typisch voor zijn vrijheid. Maar het risico moeten wij samen opvangen, door samen nieuwe mensen te worden.
En nu de richting te zien waarin het gaat.
De mens vindt een vrijheid, die hij nog nooit gekend heeft. Vroeger was hij sterk gebonden door de schaarste van goederen. Nu komt er door de welvaart voor allen een geweldige vrijheid.
Vroeger was de mens overtuigd, dat er aan een gegeven situatie niets te veranderen viel. Nu worden we ons bewust dat we er wel iets aan kunnen doen en dat zelfs alles mogelijk wordt.

Dit toegelicht op enige punten:

  1. Ten aanzien van de arbeid.
    Vroeger een horde arbeid voor het dagelijks brood met het hele gezin van vroeg tot laat.
    Nu doen de machines het voor ons.
    In de toekomst 30-urige werkweek met slechts 40 werkweken per jaar.
    Vrije tijd, creatieve tijd; of anders bezien:
    wat vroeger arbeid was, is nu reeds sport aan het worden.
    (vgl. de olympische spelen: spoorworpen, hardlopen, zwemmen etc),
     
  2. Ten aanzien van het bezit.
    Vroeger lag de sociale zekerheid in het bezit, dat als erfgoed behouden moest worden, zodat er slechts beperkt gehuwd kon worden en de ouders er alles in te zeggen hadden.
    Nu bestaanszekerheid in sociale voorzieningen vanuit de gemeenschap, zodat allen kunnen trouwen, men zelf een levensparther kan kiezen en het kindertal bepalen.
     
  3. Ten aanzien van gemeenschappelijke vijand.
    vroeger heeft de mens zich zelf en zijn bezit steeds moeten verdedigen. Vandaar aaneensluiting tegen gezamenlijke vijand. En denken in tegenstellingen: Blok-denken. (wij - zij).
    Nu moeten wij daar overheen, naar kunnen het nog moeilijk.
     
  4. Onze keuze.
    Inspelen op Het nieuwe, dat groeiend is?
    Of blijven hangen aan het oude dat voorbij is?
    Actief deelnemen aan de groeiende wereld?
    Of zich onverschillig terugtrekken op een eigen klein wereldje?


Het antwoord is aan ieder van ons persoonlijk.
 

de tweede avond

Twee Partijen - Voordracht van Jos Vrijburg