Mattheus V 1 t/m 12:

De Bergrede

In vertaling van de BUL, de Belgische Universiteit Leuven,
die het veelgebruikte "Zalig" vervangt door "Gelukkig".

Toen hij de mensenmassa zag, ging hij de berg op.
Daar ging hij zitten met zijn ​leerlingen​ om zich heen.
Hij nam het woord en onderrichtte hen:

 terug naar: het poppenspel

De wanhopige

Op een dag sprak een leerling hem aan die kort daarvoor nog enige dagen was meegelopen in zijn tocht door de dorpen:  "Heer, U bent mij zo tegemoet gekomen met uw aandacht voor mijn vragen; U hebt mij zo veel goede raad gegeven. Dagenlang heb ik er niet van kunnen slapen. Hoe graag zou ik aan al uw voorstellen voldoen: Zieke mensen een bloemetje brengen, de alleenstaande moeder met haar kinderen een dagje uit bezorgen, gevangenen bezoeken en wat moed inspreken, onmin binnen mijn familie oplossen, mijn goede vrienden aansporen zich meer open te stellen voor een betere wereld, de werkloze bedelaar opbeuren met wat geld voor een kop koffie, boodschappen doen voor de oude vrouw die zelfstandig wil blijven wonen. Heer, er zijn zoveel mogelijkheden die U mij hebt aangedragen. En ik ben U daar zo dankbaar voor.
Maar, Heer, sta mij toe, alstublieft, U nog één vraag te mogen stellen:
Wat is, van alle voorbeelden die U mij zo ruimhartig hebt voorgelegd, het aller-, allerbelangrijkste, opdat ik daarmee kan beginnen en niet tekort schiet in uw bedoelingen?

Hij keek zijn leerling aan, zag de oprechte wanhoop in diens ogen, klopte hem troostvol op de schouder en sprak: "Laat uw angst, te kort te schieten, u niet verlammen. Zoek eerst god's koninkrijk." Hij legde zijn handen op de schouders van zijn leerling, knikte hem vriendelijk toe en liep verder.

 

Mattheus VI 33: Zoek eerst het Rijk Gods