Secretariaat Postbus 320,
Haarlem.
Aan de leerlingen, de docenten,
het schoolbestuur en de oud-leerlingen van de pedagogische academie "de la Salle"
Landgoed Hertenduin,
Heereweg Heemstede.
Haarlem, 3 november 1969
Lectori Salutem,
Met genoegen kunnen we constateren dat er zich betreffende de opleiding tot
onderwijzer(es) op de PA (pedagogische akademie) "de la Salle" een proces van
bewustwording aan het ontwikkelen is, dat een aantal mensen zich kritisch
opstelt t.o.v de opleiding.
Volgens het ons beperkte waarnemingsvermogen in deze, zien we op dit moment de
volgende resultaten en tendensen hiervan.
De leerlingen zijn gekomen tot de constructie van een aantal kommissies,
bestaande uit leerlingen van de tweede klas PA, die in samenwerking met de
vakdocenten vak voor vak voor vak voor vak……doorwerken, waarmee de
vakkensplitsing niet alleen geaccepteerd wordt, maar waarmee men bovendien de
integratie van vakken aan het tegenwerken is.
De leerlingen van de derde klas hebben via stencils hun "onvrede met het
systeem" betuigd.
Helaas zijn wij niet bekend met de praktische consequenties die hier eventueel
het gevolg van zijn geweest.
De docenten lijken zich (afgaande op de ons bereikte stencils) te scheiden in
twee kampen.
Het bestuur van de school geeft ook blijk van bepaalde ideeën betreffende de
opleiding.
De leden van "Ante Portas" (in dit verband een aantal oud-leerlingen) hebben de
door
hun genoten opleiding reeds diverse malen ter diskussie gesteld.
Ook heeft deze groep tweemaal op de PA een gesprek gehad met twee docenten en
een klein aantal leerlingen.
Vervolgens heeft "Ante Portas" een brief naar de
oud-leerlingen gestuurd en hen gevraagd hun mening te geven over de didactiek op
de PA.
Van het kleine aantal reacties geven we graag een summiere samenvatting:
Opvallend was dat bijna alle reacties zich concentreerden rond de inhoud van J.
Aarts' "Beknopt leerboek der algemene didactiek". *1
Enkele punten hieruit
- het niet voldoende behandelen van didactische vraagstukken
- het primair stellen van het verwerven van parate kennis
- het ontbreken van klassengesprekken aan de hand van gegeven praktijklessen
- het ontbreken van behandeling der nieuwe onderwijsvormen.
Naast deze kritiek was er het bezwaar dat de andere lessen niet praktisch
gericht waren.
Als voorbeeld:
De examenstof vakdidactiek bestond uit het inleveren van enkele
lesvoorbereidingen. Men wil meer belangstelling der vakleerkrachten.
Bij deze reacties mogen wij aantekenen,dat veel opmerkingen en suggesties zich
richtten op de afzonderlijke vakken, zodat de vakkenscheiding nog sterker
benadrukt werd.
Wanneer we dus proberen een enigszins kritische blik te werpen op deze reacties,
de activiteiten van de oud-leerlingen, de pogingen van de tweede en derde klas
PA, de geschriften van docenten, dan kunnen we ons niet aan de volgende
samenvatting van het geheel onttrekken:
Het blijkt dat alle enthousiaste, bewuste en kritische mensen elkaar geweldig
moeilijk kunnen vinden, misschien omdat een ieder de vernieuwing primair gericht
wil zien op zijn eigen zaak. Mogelijk is de grote pluriformiteit aan
activiteiten te wijten aan een bepaald onbegrip en een verschil in ideeën tussen
de diverse groepen belanghebbenden.
Een gebrek aan deskundigheid zou ook tot één van de oorzaken van de naar ons
idee weinig vruchtbare activiteiten gerekend kunnen worden.
Graag willen we nu onze visie op het geheel aangeven, waarbij we dan van de volgende stellingen willen uitgaan:
Een visie op de PA kan naar ons idee alleen dan fundamenteel zijn, wanneer zij
voortspruit uit een visie op het basisonderwijs. Zo komen we vanzelfsprekend
terecht bij de noodzaak van het vorm geven aan dë communicatie tussen
basisonderwijs en PA.
Dit vereist echter volgens ons:
-- uitgebreide oriëntatie
-- uitgebreide communicatie in al haar facetten
-- toepassing van de verworven ideeën.
Theoretisch stellen we het ons als volgt voor:
Er worden werkgroepen gecreëerd, waarin alle belanghebbende groepen zitting
hebben. Omdat het basisonderwijs een complexe zaak blijk te zijn, beperkt elke
werkgroep zich tot één van de hoofdaspecten van het basisonderwijs.
Dat houdt in dat de groep een keuze maakt tussen:
1. het aspect van de technisch-kulturele vaardigheden
2. het aspect van de wereldoriëntatie
3. het aspect van de muzische vorming.
We zouden ons zeer goed kunnen voorstellen, dat de klassen tijdens bepaalde
lessen met deze zaken bezig zijn. De werkgroep krijgt dan ook een coördinerende
taak.
Deskundigen van buitenaf zouden in de werkgroep zeer op hun plaats zijn.
Vanwege de uitgebreidheid van de aspecten van het basisonderwijs, lijkt het ons
waardevol, tot tot bepaalde subgroepen te komen. De werkgroep
technisch-kulturele vaardigheden zou zo bijvoorbeeld subgroepen kunnen formeren,
die zich afzonderlijk richten op:
a. het huidige rekenonderwijs
b. het nieuwe rekenonderwijs in het experimentele stadium
c. het spellingsonderwijs
d. het ontleden
e. nieuwe taalmethoden
etc. etc..
Kortom:
De werkgroep is zoveel als mogelijk is deskundig en fundamenteel bezig om zo te
komen tot een visie op dit aspect, hetgeen dan tot noodzakelijke consequentie
t.a.v. de opleiding leidt.
Het opnemen van belangstellende oud-leerlingen in deze werkgroepen is naar ons
idee een waardevolle zaak omdat men wederzijds van elkaars diensten gebruik kan
maken.
We beseffen zeker dat we met dit verhaal “moeilijk aan het doen zijn” en dat een
aantal mensen het nu helemaal niet meer "zien”.
Aan de andere kant geloven we dat bovenstaande ideeën, die nog zeker veel meer
uitgewerkt dienen te worden, het enige fundamentele antwoord geven op de vraag:
“Welke oorzaken liggen aan de onvrede ten grondslag en op welke wijze zijn die
fundamenteel gemotiveerd te ondervangen?”
Bovendien beseffen we dat we het een en ander onbegrepen bij U hebben doen
arriveren. Mogelijk willen de mensen die in het voorgaande belang stellen verder
samen over deze materie praten.
Van onze kant willen we graag de diverse ideeën nader met U uitwerken en hierover
van gedachten wisselen. Bovendien zou een eventueel gesprek kunnen bijdragen tot
een antwoord op de vraag hoe de verschillende ideeën in de praktijk hun gestalte
kunnen krijgen.
De verdere gang van zaken zouden we dan als volgt willen zien:
Een ieder probeert zoveel mogelijk de voorgaande tekst te verwerken (docenten,
discussies in de klassen, vergadering van schoolbestuur), waarbij naar alle
waarschijnlijkheid bepaalde vragen opgeroepen worden en andere voorstellen
worden gedaan.
Zaterdagmiddag 13 december a.s. komen alle belangstellenden op de PA om 13,00
uur bij elkaar.
Wanneer het enigszins mogelijk is willen we via groepsdiscussies het voorgaande
nader verwerken en eventueel uitgebrachte conclusies naar voren brengen.
Hiermede hopen we in alle bescheidenheid een bijdrage geleverd te hebben aan een
positieve gang van zaken op de Pedagogische Academie "de la Salle".
Met vriendelijke groet,
NAMENS ‘ANTE PORTAS’
de secretaris,
Nico van der Goes.
*1
Hoofdtitel Beknopt leerboek der algemene didactiek voor de tweede leerkring
Uitgever Malmberg
Auteur(s) Aarts, Drs. Jos.
Pagina's 222
Productvorm Paperback / softback
Publicatiedatum 1954