op de valreep
1. Voorwoord
Op 18 augustus 1981 is door het Provinciaal Bestuur van Noord-Holland in het
kader van de provinciale planning en programmering van het sociaal-cultureel
werk en het emancipatiewerk de Adviescommissie Jeugd- & Jongerenwerk
geïnstalleerd.
De commissie kreeg de opdracht om het College van Gedeputeerde Staten te
adviseren op basis van een inventarisatie van voorzieningen op het gebied van
het jeugd- & jongerenwerk, het club- & buurthuiswerk en het
peuterspeelzaalwerk.
De commissie bestond aanvankelijk uit:
De heer Marius Nijs, voorzitter, de dames Doet de Haas en Tineke Manger en de
heren Frans Frantzen, Maarten Houthoff, Joost Jongepier, Ruud Kok, Erik Maas,
Frido de Man, Herman de Metz, Joop de Ridder, Roel Slomp en Ton Zijp.
Wegens privé-omstandigheden heeft de heer Kok na enige bijeenkomsten bedankt
voor het lidmaatschap.
De commissie beschikte over een toegevoegd secretariaat, bestaande uit de heren
Rob Wolterbeek vanuit de Griffie en Jan van Hensbergen vanuit de Raad voor Jeugd
en Jongeren.
De heer Wolterbeek werd na zijn vertrek opgevolgd door mevrouw
Anneke de Boer-de Buur die later haar taak overdroeg aan mevrouw Elly de Vries,
die de commissie de laatste maand heeft bijgestaan.
De commissie heeft de eerste bijeenkomsten gewijd aan het verhelderen van de
opdracht en het ontwikkelen van een werkplan. Daarna is de commissie gaan werken
aan het voorbereiden, uitvoeren en verwerken van een inventariserend onderzoek
onder de steunfunctie-instellingen van haar deelterreinen, de zogenaamde
"aanbodzijde", en een steekproefsgewijs onderzoek onder de "vraagzijde".
Daartussendoor werden opiniërende discussies gevoerd over uitgangspunten en
criteria voor het adviesrapport. Alle voorbereidende werkzaamheden werden door
de commissie afgerond tijdens haar negentiende bijeenkomst op 21 april.
Naast de commissievergaderingen zijn er nog vele bijeenkomsten geweest in
subgroepen en heeft de commissie twee hearings ingelast voor de aanbodzijde.
Eén hearing vond plaats op 9 december 1981 en was bedoeld om de enquête nader
toe te lichten en de steunorganisaties te informeren over de werkwijze van de
commissie. Een andere bijeenkomst voor alle betrokken organisaties werd gehouden
op 1 maart 1982. Hoofdonderwerp op die avond was het concept-onderzoeksrapport.
Bij beide avonden waren zo goed als alle organisaties aanwezig. De commissie
heeft deze avonden als bijzonder zinvol ervaren.
De commissie heeft in de persoon van de heer Pieter Pasteuning veel hulp gehad
van het Instituut voor Ondersteuning Democratische Planning, het IODP, met name
bij het onderzoeken onder de vraag- en de aanbodzijde.
Ook voor het overige werk van de commissie heeft de heer Pasteuning grote
betrokkenheid en belangstelling getoond. De commissie is hem veel dank
verschuldigd.