vorige - index
1998, Burgemeester Meineszlaan 54, Nieuwe Westen, Rotterdam.

Nooit heb ik me ergens thuis gevoeld. En als ik hier vertrek zal dat ook nooit meer gebeuren. Dat gevoel nergens bij te horen en overal buiten te staan zorgt ervoor dat ik geen stad, mijn stad kan noemen en er is zelfs geen dorp, waar ik echt thuis hoor. Overal waar ik kom, loop ik in een wereld die niet van mij is.
Ik ben dan wel Nederlander, maar geen Wageninger of Lissenaar. Geen Hagenees of Rotterdammert. Voel me door al die verhuizingen bij geen enkele gemeenschap echt betrokken. Ja, bij de onderdrukten en achtergestelden in deze wereld.
Mijn moeder heeft er alles aan gedaan om mij nergens te laten aarden.
Door Claudio te laten gaan werd ik gedwongen mijn grootste angst onder ogen te zien. Al 32 jaar bang voor de wereld waar ik niet voor bedoeld was. Daarom pakte ik een spuitbus mee en ging de deur uit als het donker was. Als dit mijn thuis wordt, dan wil ik niet meer bang zijn in mijn buurt. Met een bus als mijn enige wapen struinde ik de stad af en ontdekte een nieuwe wereld, want het leven stopt niet als het donker wordt. Voor veel mensen begint dan hun dag pas. Ik ken het nachtleven in het centrum wel, maar durfde niet eens in m’n eigen buurt rond te lopen. Ik ben maar twee keer met m’n spuitbus in het centrum geweest, hartstikke druk met uitgaanspubliek dus een behoorlijke uitdaging om daar te gaan lopen taggen. Maar zonder dat ik er erg in had, werd ik al door andere 'schrijvers' gespot en begroet maar ook bespot: bot en recht voor z'n raap :).
Nu lees ik de stad op een hele andere manier. Ik had het gevoel dat ik het gevaar opzocht, maar kwam juist nieuwe mensen tegen. Al snel was ik over m’n angst heen en hing rond op de meest beruchte plekken om tags, throw-ups en pieces te fotograferen. Hier bij ons thuis was ik verantwoordelijk voor de Zaanse stijl van onze nieuwe schutting: Donker groene planken en horizontale witte strepen. Toen daar een grote 'Timer' op verscheen was ik helemaal verkocht.
Het huis uit zonder een spuitbus is er niet meer bij. Het is mijn enige wapen, voor als ik in de problemen kom. Met een XXL bus en een big cap erop, spuit je iemand in nog geen seconde helemaal onder.

In de lente van 2001 drong het tot me door wat voor onmogelijke klootzak ik was geworden. Ik liep wel vaker naar buiten toe om m’n frustraties uit te schreeuwen, maar nu? Die dag dat ik gewoon even de tuin inliep en stil was, hoorde ik de buren praten aan de andere kant van onze schutting, op straat: "Ja joh, hier woont een bully."
Nou dat kon niet anders dan over mij gaan, de boze buurman die af en toe staat te vloeken in de tuin.
Wel heel raar om zo te eindigen.
Ik weet het, ik ben onmogelijk om mee samen te leven. Maar ik probeer iedereen met rust te laten.

Mijn onvermogen om met de situatie om te gaan sinds Clau vertrok is groot. Het is al een hele kunst om dit leven vol te houden, maar ik merk naarmate ik ouder word dat het steeds moeilijker is een eind aan mijn leven te maken. Het moet anders en ik moet hier doorheen.
De digitale revolutie, de geestdrift van Jan blijven me inspireren en doet me besluiten er een kunstzinnige draai aan te geven. Ik stort me op de artistieke aankleding van ons web. Creatief bezig zijn is leuk voor wie vrijetijd heeft. Echt vrij voel ik me niet, maar tijd heb ik genoeg.
Als agnost en afvallige is afval mijn basismateriaal. Ik kan het niet laten troep van de straat op te rapen en containers te controleren en verwerk alles wat ik vind, thuis in het interieur of ik maak er wat van. Het is me een geknutsel, maar ik maak nu wel wat ik zelf wil en het voelt nu ook weer alsof ik nog iets in te halen heb, na al die jaren alleen maar de smaak van anderen te laten overheersen.

Binnen een paar weken had ik mijn eigen tag en begon ik ook zelf throw-ups achter te laten. Wat vond ik m’n werk slecht zeg, heel knullig. Ik kan niet tekenen of schilderen en heb al helemaal geen gevoel voor kleur; vind het al heel wat dat ik m’n sjablonen niet verpest. Mijn schrijversnaam werd CloneboyHelcus, de achternaam geconstrueerd uit m'n doopnamen; wil-HEL-mus domini-CUS, die z’n foto’s op gaingate.com zet. In z’n guestbook leest 'De Clone' wie er op welke locatie iets nieuws gezet had en dan ging hij erop uit. Veel mensen hadden nog geen ruimte op internet en vonden het fantastisch dat hun werk op een website te zien was. Geen plek was te gek voor me. Er waren locaties die je niet kon bereiken zonder te klimmen, te kruipen of te springen.
Ik begon mijn Clonespots Rotterdam in knewarts, de kunstfiles van gaingate.com, waar ik alle foto’s plaatste die ik schoot. Het is een drukke tijd. Overdag door de stad of buitenwijken. In de avond alles wat ontwikkeld was bij de fotograaf scannen, downloaden, lay-outen en publiceren, want als iedereen slaapt is internet veel sneller. In het begin moest je nog vierentwintig uur wachten voor de updates zichtbaar waren. Het dagritme veranderd hierdoor resoluut. Tot een uur of 5:00 'Frontpagen' en gamen, tussen 6:00/12:00 slapen.
Ik ben een avondmens. Of anders gezegd, ik ben in de ochtend niets waard. De eerste 5 uur na ontwaken zijn soms moeilijk door te komen. Het is elke dag maar weer de vraag wat er gaat overheersen. Domineert de hoofdpijn vandaag of zijn het de maag- en darmklachten. Als het meezit voel ik me na de avondmaaltijd pas echt wakker en kijk weer optimistisch naar de dag van morgen. Laat word het elke nacht, want als ik me beter voel is het moeilijk om de slaap te vatten. Dan wil ik weer zolang mogelijk profijt hebben van m'n pijnloze uren.


Maaskade Zocherspark, Rotterdam.

Adgrafix in Ierland deed onze eerste webhosting. Daardoor hebben we ook in HTML leren werken. De hele nacht doorwerken, waarna ik soms ook nog zelf met een bus onderweg ging. De bezoekersaantallen op de website schieten omhoog. De tag die ik gebruik is CSC 'City Scum Crew'. Ik spiegel de laatste 'C' zodat mijn tag lijkt op een uit elkaar getrokken Yin-Yang symbool. De eerste digitale camera die we hadden, was een simpel dingetje. Een van de weinige prijzen die ik in m'n leven heb gewonnen met een prijsvraag van Eneco Rotterdam. Daar heb ik de eerste graffiti foto’s mee gemaakt en dat ben ik blijven doen tot we Flow in huis namen.

Moe is afgezakt naar Rotterdam om een weekend te brainstormen over wat we gaan doen als Dirk trouwt.
Dirk die na het overlijden van Bart ineens, tot mijn grote verbazing, wel heel ongenuanceerd over z'n vader uit de school klapte... Hij vond Bart maar een slappe lul.
Dat stoorde me wel een beetje. Alsof hij de enige was die schadevrij door zijn jeugd heen was gekomen. Hij heeft, net als Bart en ik, ook moeten lijden onder Bep haar regime. Praat hij nou z'n moeder na?
Vind het al jaren moeilijk om aan te zien hoe Bep verder leeft, nu Bart er niet meer is. Heb totaal geen behoefte meer om bij haar nieuwe gezin te horen.
Het is ook moeilijk te doorgronden wat ik nog voor hen voel, na Bart zijn overlijden.
Die verplichting ook waar ik maar niet onderuit kom, nog steeds haar wormvormig aanhangsel.
Is het uit medelijden dat ik haar blijf helpen, opdat ze niet faalt, of hoop ik zo nog eens een flard uit mijn geschiedenis te horen?
Waarom probeert ze me nog steeds binnen boord te houden; opdat ik niet uit de school klap?
Wil ze er zeker van zijn, dat ik in haar geromantiseerde versie van het verleden blijf geloven?
Dat breekt me deze ochtend behoorlijk op.
Waar ik dacht dat ze na mijn weglopen van huis wel doorhad dat ik van d'r af wil, dat ik niet op haar zit te wachten, blijft ze me sinds die tijd op de een of andere onverklaarbare manier toch achtervolgen. Niet om goed te maken wat er in m'n jeugd is mislukt, want ze komt dit weekend niet om over ons verleden te praten, maar om me linksom of rechtsom toch betrokken te houden bij haar gezin. Ik mag dat gezin, of wat er van over is, die droom van haar niet kapot maken.

Nu zit ze hier bij ons in Rotterdam mijn ochtend te verzieken.
Dirk treed deze zomer in het huwelijk met Jiska en ze wil daar natuurlijk een leuk programma voor bedenken.
Een slechter moment hadden ze wat mij betreft niet uit kunnen kiezen.
Waarom zeg ik haar niet gewoon: Doe het lekker zelf, ik kom niet!
Ik ben sinds Clau hier weg is zwaar depressief en dus niet te genieten.
Bij het ontbijt merkt ze het meteen. Dat ze maar ziet dat ik net zo'n ochtendhumeur heb als zijzelf.
Ik drijf haar tot het uiterste. Nu met Jan erbij kan ze niet uit haar dak gaan, nu moet ze zich wel inhouden en ik zie de wanhoop in haar blik en de spanning in haar kleine, fragiele, stramme lijf stijgen. Na nog geen kwartier loopt ze zwaar geïrriteerd van tafel naar het raam aan de straatkant en staart naar buiten. Er is niets met me te beginnen, ze heeft de grootste moeite om zich in te houden en ze weet niet hoe ze met de situatie om moet gaan. Ik weet dat ik haar woedend maak met dit gedrag, maar het kan me voor het eerst in mijn leven geen zak meer schelen. Ze moet niet denken dat ze me nu weer aan het werk kan zetten voor het feest van haar zoon, zoals ze iedereen altijd al voor d'r aan het werk zet.
Jan zit ons verbaasd aan te staren en weet niet waarom ik zo reageer naar haar. Hij probeert wel wat in te brengen maar ik kap hem zo bot af, dat ie meteen zijn mond weer houd. De spanning is om te snijden en de sfeer totaal verpest.
Met alle wijsheid die ze nog op kan brengen zegt ze: "Nou goed Eus, dit gaat zo niet werken, ik ga wel naar F.G. in Delft."
Stik maar, dacht ik. Blij dat je verdwijnt.

Het is vrijdag 2 juli 1999, de dag dat Dirk en Jiska gaan trouwen. In het Openluchtmuseum te Arnhem. In het kerkje van 's-Heerenhoek is de huwelijksmis en aansluitend het feest in de Kasteelboerderij iets verderop in het park.
De reden om toch naar de trouwlocatie af te reizen was om het niet ook nog eens te gaan verpesten voor Dirk en Jiska, maar dat pakte niet goed uit. Ik voelde me nog steeds verschrikkelijk.
Onderweg er naartoe twijfel ik de hele rit, Jan laten doorrijden of omkeren terug naar huis. Als we aankomen in het openlucht museum en het kleine kerkje instappen, worden we compleet genegeerd door Bep.
Na de kerkdienst, het begin van een migraine aanval en eenmaal op de feestlocatie word ik alleen maar raar aangestaard door iedereen. Als of we op het verkeerde feest zijn terechtgekomen. De meeste hadden natuurlijk al lang gehoord van Bep wat voor onmogelijke klootzak ik bij de voorbereidingen was geweest. Tijdens de lunch zaten Jan en ik ver weg van 'De Familie' Bep, F.G., het bruidspaar en de ouders van Jiska. Tussen mensen die we niet kenden en die niets terug zeiden maar me raar aankeken toen ik ze wat vroeg. Na het lied en het stukje cabaret dat voor ze in elkaar gedraaid was, duwde Dirk me een camera in de handen, zo van verberg jij je maar achter dit apparaat de rest van de dag.
Ik heb er van afgezien en ben niet lang daarna zo onopvallend mogelijk, zonder het iemand te zeggen, gewoon weggelopen van alles en de auto in gevlucht.
Toen Jan me gevonden had is hij ze even gaan meedelen dat we vertrokken, waarna we weer lekker terug naar Rotterdam konden rijden.

Donderdag 26 augustus 1999.
Eindelijk staat er een afspraak met iemand van Moederheil, om binnenkort mijn dossier op te gaan halen.
13:00 uur hebben we een ontmoeting met Jopie Snelders in de nieuwe dependance van Valkenhorst. Het oude gebouw is inmiddels gesloopt en ik begrijp van haar dat wat er op deze nieuwe locatie nog van over is alleen uit crisisopvang bestaat, voor gezinnen die met huiselijk geweld te maken hebben: Residentie Valkenhorst aan de Assumburgstraat 1, in de Ypelaarbuurt.
Een lang gesprek werd het niet. We werden uitgenodigd even in de gemeenschappelijke ruimte op de begane grond plaats te nemen aan een tafeltje, alwaar ze me de grote enveloppe overhandigde. Er zat ook nog een boekje bij over Moederheil met veel foto's. Maar veel antwoorden had ze verder niet voor me.
Op de aanvraag van mijn moeder voor opname in Moederheil staat dat mijn vader chauffeur was en getrouwd. Heb haar ook wel even laten weten dat ik na die vier jaar in Moederheil bij een verschrikkelijke moeder terecht ben gekomen.


Zal ik het allemaal verbranden?

Content dat ik was met het bemachtigen van mijn Moederheil dossier, zeg.
Het deed me besluiten eerst Dirk ervan op de hoogte te brengen en daarna Bep er pas mee te confronteren.
Nadat ze in het huwelijk waren getreden zijn Dirk en Jiska nog een tijdje in hun studentenhuis in Arnhem blijven wonen.
Wat was ik naïef, te denken dat hij daar op zat te wachten, nadat we vroegtijdig van hun bruiloft waren verdwenen. Dat werd een stevige deur in m'n gezicht.
Niet letterlijk, toen we aanbelden, maar figuurlijk, toen we eenmaal binnen bij hen op de bank zaten. Er zat nog wat oud zeer bij m'n broertje.
Dit was ons eerste bezoek aan het net getrouwde stel en traditiegetrouw praat je dan na over de bruiloftceremonie en het feest dat tot in de late uurtjes voortduurde. Maar we hebben niet de hele dag meegemaakt en Dirk en Jiska ondertussen ook nog niet verklaard waarom we toen zo snel weg waren.
Aan de andere kant heeft Bep sinds die dag niets meer van zich laten horen en Dirk en Jiska hebben mij ook nooit gebeld met de vraag of het wel goed met me ging. Dus ik hul mij over dit onderwerp in stilzwijgen net als zij doen en leg mijn dossier op tafel.
Dirk heeft natuurlijk helemaal niets met de vier jaar van mij, voordat hij ter wereld kwam. Vanaf het moment dat hij geboren werd, draaide alles om hem.
Als hij merkt dat we weinig meer over hun trouwdag vragen lijkt ie beledigt.
De aandacht die ik voor de dossierstukken vraag is hem te veel en na een document of wat, kapt hij het ook bot af door te zeggen: "Zo, nu gaan we de foto's van de bruiloft kijken, was je daar misschien nog in geïnteresseerd?"
En ik dacht; We zijn er net, de avond is nog niet om, toch? Maar er knapte wat in me.
Door de weinig subtiele manier waarop hij duidelijk maakte dattie doodmoe word van die ellende van m'n moeder en mij, vertrek ik dan ook het liefst zo snel mogelijk. Nadat we drie albums hebben doorgebladerd kunnen we eindelijk opstappen. Als ik de voordeur uitloop en Jan afscheid hoor nemen, kijk ik niet meer achterom en denk; Dit was het dan. Ik zal je niet meer lastig vallen, verwend ventje.
 

2001.
 

11 september 2001.
Het gaat slecht met Leo, de jongste broer van Jan. Hij is uitbehandeld en gaat zijn laatste dagen in.
Dinsdag ochtend voor Jan naar Leo in het ziekenhuis gaat, komt ie me wakker maken en heeft meteen verschrikkelijk nieuws uit Amerika. Vliegtuig in wolkenkrabber?
Als ik beneden kom staat CNN aan, Jan vertrekt en niet veel later zie ik een tweede toestel zich in het World Trade Centre boren. Vier zijn er gekaapt. Een derde toestel is onderweg naar het Pentagon en de vierde stort vroegtijdig neer in Pensylvania door ingrijpen van passagiers die via hun mobieltjes op de hoogte waren van wat er in New York was gebeurd. Aan het einde van de dag kan de president op de puinhopen van Ground Zero, Amerika's volgende oorlog om de wereld te redden, aankondigen.
Moslims zijn de nieuwe zondebokken.

Nederland is helemaal ondersteboven van de aanslagen. En de hele wereld raakte doordrongen van het nieuwe gevaar dat moslimextremisme bracht.
Wij maakten op de site een vergelijking met andere religieuze extremisten en komen met een prijsvraag.

Velen zeggen dat ze de waarheid verkondigen, maar ze maken zich allemaal schuldig aan dezelfde dogmatiek.
Wie moet de prijs krijgen: Het Vaticaan, de White Power Organisaties of De Islamitische Jihad?

Bij alle drie de organisaties hadden we voorbeelden van de verkeerde denkbeelden die ze aanhangen. Dus in onze Vaticaan-file hadden we het over de religieuze oorlogen tijdens hun zieltjeswinnerij. Bij de Islamitische Jihad-file zo'n zelfde geluid en hun oproep tot verzet: "Geen dialoog, enkel het zwaard."
De eerste dagen merkten we in ons web-log dat die 'Jihad-file' veel werd geraadpleegd, ook door scholen. Die wint dan ook met overtuiging de prijsvraag.
Dat was voor de dienst van Bram aanleiding ons eens op te zoeken. Bram werkte voor een speciale tak van de Binnenlandse Veiligheidsdienst. Of we wisten wat voor troep we over ons heen zouden kunnen krijgen als we zo door gingen en of we voor onze eigen veiligheid niet de 'Jihad-file' wilden verwijderen.
Om de boel niet verder op de spits te drijven, voldeden we daar diezelfde dag nog aan.
Toch zagen we daarna in het web-log dat het Ichtus-College en zo veel anderen elke dag terugkwamen op zoek naar de file.
Tegelijkertijd deden we natuurlijk ook onderzoek naar wat er over onze website is te vinden. Hoe schrijven ze over ons en vinden we dat bedreigend genoeg om te zwichten.
Het viel ons alles mee. Een forum waar een verzuurde anonieme persoon denkt dat wij een over gesubsidieerd links Haags clubje zijn. En een forum waar Jan voor terrorist uitgemaakt word. We opereren onafhankelijk, zonder subsidie vanuit Rotterdam en Jan denkt dat de reactie over hem van een bekende komt. Weinig aanleiding voor ons om het bijltje erbij neer te gooien. We konden dan ook niet anders dan onze file er weer in hangen, bereikbaar maken.
De reden voor het bezoek van Bram, was Harry van Bommel. De SP-er had in de kamer vragen gesteld over de oproep voor de Jihad, die ze op onze website hadden gevonden. Ze hadden niet de prijsvraag gelezen, maar wel gevonden waar de terroristen toe oproepen. Minister Donner kwam met antwoorden.
 

In het guestbook verschijnt een bericht van Flow, die zich opwierp als de leider van 3DK-crew Rotterdam.
'3000 Kids' pieces had ik gespot onder het Rozenlaanviaduct en Flow wil een afspraak maken. Hij keek vooruit want als we nu in het jaar 2000 zitten, komt daarna 3000. Vandaar, kinderen van het jaar 3000. Maar Flow had de hele tijd politie achter zich aan. Zijn toenmalige vriendin Deborah was de dochter van een advocatenfamilie en vroeg ons of we hem op konden nemen, opdat hij z’n straf niet zou ontlopen en daarna met een "schone lei" weer verder kon.

Flow deed van alles en leefde in een gevaarlijke wereld. Daar was hij zelf heel open over, sinds we onze eerste ontmoeting hadden onder het Rozenlaanviaduct. Hij komt nu geregeld langs op de Meineszlaan met wat vrienden of zijn vriendin en praat veel over z'n zware verleden.
Als kind van ouders die op een kamp wonen, heeft hij geen enkele school afgemaakt en zowat z'n hele jeugd vastgezeten in jeugdinstellingen.
Hij kan amper lezen of schrijven en heeft een zigeunerachtergrond met eigen wetten. Hij is keihard voor wie hem verkeerd behandelt en heeft geen respect voor de wereld zoals die is. Met wapens omgaan is eveneens geen probleem voor hem, hij kent de drugshandel, maar daar wil hij juist uit.
Het probleem is die leeftijd. Nu hij 18 is, wordt van hem verwacht dattie zelf zijn leven op de rails krijgt. Dus alle zorg en begeleiding waarvan hij zijn hele jeugd al afhankelijk was, viel toen in één keer weg.
Het moment dat hem duidelijk gemaakt werd dat ie te oud was voor Pension Maaszicht, waar die toen verbleef, kwam hij op straat te staan en is gaan zwerven.
Hij had geen vaste woon of verblijfplaats en één keer per week bezocht hij z'n biologische vader, die gescheiden was van z'n moeder, want daar kwam zijn uitkering binnen.

Eenmaal vrij van alle toezicht, raakte die gaandeweg dus weer heel makkelijk betrokken bij de criminele activiteiten van bekenden uit zijn familie op het kamp.
Daardoor moest hij onvindbaar blijven voor de politie. Hij was sterk want hij zat op kickboksen, tot ie daar werd weggestuurd omdat ie zich moeilijk kon inhouden.
Met Rene, z'n halfbroer heeft hij even een flatje gehad en ook dat ging niet echt goed. In slaap gevallen terwijl ze in de keuken de frituurpan aan hadden laten staan voor de kroketten. Boel vliegt in de fik, keuken helemaal zwart geblakerd, dus daar zat hij toch al niet meer zo vaak. Verder slijt hij zijn dagen met drugs versnijden en dealen, graffiti spuiten, zichzelf vol tatoeëren van top tot teen, piercings in oren, lippen en neus zetten, alcohol en drugsgebruik, stelen, homo's beroven in het park en door deze activiteiten dus ook geregeld, vastzitten op bureau Marconiplein of op de Haagse Veer. Eén keertje uit de arrestantenbus ontsnapt en een keertje uit een politiebureau in een buitenwijk ergens.
Kortom, het is een hele lieve jongen. Hij heeft een ondeugende kop, is heel uitdagend en neemt geen blad voor de mond.
Maar een normaal leven opbouwen is na zo'n jeugd niet makkelijk. Met zijn IQ voelt hij zich in de steek gelaten door de staat en veroordeeld tot de straat.
Ondertussen is de relatie met z'n moeder complex en heeft hij een enorme hekel aan zijn stiefvader. Nadat Flow zijn Mercedes heeft toegetakeld, is ie daar ook niet echt welkom meer.
Nu hij 18 is, zal die zich in het vervolg ook als volwassene moeten verantwoorden voor de daden die hij pleegt. En er hangt dus een boete van €30.000 of gevangenisstraf boven z'n hoofd. Maar hij denkt dat het hem wel lukt onder de radar te blijven. Hij is nu al een jaar onvindbaar voor de politie.
We maken hem duidelijk dat, als hij met een schone lei wil beginnen en een nieuw leven wil voor z'n vriendin en hun zoontje, de gevangenisstraf proberen te ontlopen niet zo'n goed idee is. Dat blijft je maar achtervolgen en zorgt zeker niet voor de rust waarnaar hij op zoek is. Wat zijn familie betreft heeft Florence (z'n echte naam) alleen goed contact met zijn biologische vader die hij eens in de week ziet. Via chatboxen op internet blijft hij communiceren met z'n kleine broertje die nog bij z'n moeder woont.

Locaties waar het min of meer toegestaan was om graffiti te zetten, worden Walls of Fame genoemd. Je hebt er niet zoveel maar Schieplein, de grote rotonde waar de A20/E25 onderdoorgaan is een mooie plek. Die is te vinden tussen het St. Fransiscus Gasthuis en de Noorderkanaalweg. Daar is bij roeivereniging De Skadi een bekende Wall of Fame te bezichtigen. Het Schieplein is groter en heeft meer ruimtes waar de 'schrijvers' zoals graffitispuiters genoemd worden, tekeer kunnen gaan. Er zijn veel op,- en afritten en de treinen rijden er onderdoor. Station Noord ligt hier even verderop, dus er staat wel eens een trein stil zodat je ook die kunt pakken (volzetten). Hier tussen het spoor en het grote St. Franciscus Gasthuis is ook nog een gebied met allemaal verlaten tuinhuisjes. De volkstuintjes moesten wijken voor de uitbreiding van de nieuwe RET Remise, maar de huisjes bieden verschillende mensen nog steeds onderdak. Ook Flow slaapt er wel eens. Of hij breekt ergens gewoon een caravan open om te overnachten.

Een paar dagen nadat wij hem ruimte in huis hebben aangeboden, worden we geconfronteerd met de naweeën van het leven dat hij achter zich wil laten.
Het is dinsdag en hij vertelt ons dat R. zijn neef afgelopen weekend tragisch aan zijn einde is gekomen. Zijn neef was groot in de kickboks wereld en ging op voor het kampioenschap van Nederland, maar zover kwam het niet.
De aanleiding is Jan en mij nooit duidelijk geworden, maar er is vanuit de drugswereld gewetenloos met hem afgerekend.
Ze kwamen hem thuis in z'n flatje opzoeken. Daar is hij gemarteld en met een mes helemaal overhoop gestoken.
In een poging aan zijn belagers te ontkomen, is hij door de ramen aan de voorkant gesprongen en drie verdiepingen omlaag gevallen, waarna die dood op straat bleef liggen. Flow is er helemaal kapot van. Hij heeft vanmiddag een afspraak met de broer van z'n vermoorde neef, in coffeeshop 'Out of Time'.

(Out of Time is jaren geleden ook een tijdje onze stamkroeg geweest. Toen we nog op de Binnenweg woonden kwamen we er al voor wiet, cappuccino’s, flipperkast en poolbiljart. De jaren ook waarin Jules Deelder zijn functie als nachtburgemeester nog naar behoren kon uitvoeren, want alle kroegen mochten toen de hele nacht open blijven. Out of Time word gerund door growers (wiettelers) en dealers. Toch is het een plek waar alle leeftijden welkom zijn en die sociale buurtfunctie die ze hebben, nemen ze heel serieus. Zo moest je het niet wagen om te gaan lopen dealen in en rond hun coffeeshop. Dat controleerde ze ook. In de tijd dat er nog veel junkies rondhingen op de Heemraadssingel/plein/park, veegden ze de boel wel eens schoon. Met zo'n mannetje of twintig reden ze dan op hun motoren de hele singel af en sloegen alle zwervers en 'gebruikers' eruit. Door deze acties bleef de singel ook voor kinderen een veilige plek.)

Maar Flow heeft dus iets uit te praten, want er lijkt een misverstand te bestaan over zijn betrokkenheid bij de moord. Hij wil de broer van z'n neef gerust stellen, omdat hij er naar eigen zeggen helemaal niets mee te maken heeft. Nog geen half uur later staat Flow alweer hier voor de deur. Bond en blauw geslagen. Er liep bloed uit zijn oor en hij stond te wankelen op z'n benen. In Out of Time zocht hij naar de broer, maar die had hem eerder door en heeft hem buiten op het overvolle terras meteen, zonder iets te zeggen in de rug aangevallen. Het zijn alle twee kickboksers dus dat ging er heftig aan toe, maar het was Flow wel duidelijk dat de broer hem heel wat kwalijk neemt.
Flow snapt er niets van, dat hij dit verkeerd heeft ingeschat. Hij is helemaal gaar en wil in bad. Jan belt ondertussen zijn vader en die komt hem zo even ophalen om langs de huisarts te gaan voor controle.

Kun je even m'n rug wassen? Vraagt hij. Ik twijfel... maar heb met hem te doen, hij ligt zo in de kreukels, dus ik loop mee naar de badkamer. Tijdens het wassen van zijn gespierde en gehavende lijf, zie ik dat het gemis aan intellect bij hem gecompenseerd word door een geval van minstens twintig centimeter dat tussen zijn benen beweegt: "Ja, die doe ik zelf wel hè!" Maakt ie meteen duidelijk. "Vanzelfsprekend!" Zeg ik. "Wat nou? Hij kennie praten hoor!" Grijnst ie als een boer die kiespijn heeft.
Ik heb een zwak voor zijn roekeloosheid. Moet terugdenken aan de tijd op de Statenlaan in Den Haag, na mijn ontsnapping van huis en haar. Het gevoel dat je vogelvrij bent, voor alles en iedereen op de vlucht, dus leven van minuut tot minuut, want elke minuut kan de laatste zijn. Elke dag moet als een feest eindigen want 'een dag niet gelachen, is een dag niet geleefd'. Als dat dan per ongeluk leid tot een overdosis dan is het ook goed.
Hij zit hier op de etage waar Clau van vertrokken is. Het lukt me nauwelijks zijn gebruik van de spuitbus te temperen en de hele verdieping staat binnen de kortste keren helemaal vol getagged. Vanaf de voordeur beneden tot en met mijn eigen etage komt het langzaam aan helemaal onder de graffiti te zitten. Beter hier binnen dan illegaal op straat.
In vergelijking met Flow was mijn kerfstok lang zo vol nog niet. De moord en doodslag waar hij mee te maken heeft is heftiger dan ik heb meegemaakt. Ben toch meer een geïsoleerd "Hou je adem in en stik niet" type. Maar met mijn hang naar de zelfkant, lees: het onvermogen om m'n leven zin of vorm te geven, liep ik evenveel risico om in het verkeerde circuit terecht te komen. Mijn jarenlange fixatie op Claudio heeft me van de straat gehouden en veel ellende bespaard en ook Jan heeft me vaak gered, maar de twijfel of ik wel bevrijd wil worden speelt me vaak parten. Mijn zelfbeeld is verschrikkelijk. En dat op zich is eigenlijk weer heel zielig. Dat je daar maar niet overheen komt. Ook ik vertrouw mezelf af en toe voor geen meter en ben mijn grootste vijand.
Flow heeft me een paar keer uitgedaagd om weer te gaan gebruiken. Maar ik hou het bij wiet.

Drie jaar voordat we Flow in huis namen, ben ik gestopt met de harde drugs. Die hebben al lang niet meer het effect dat ze hadden toen ik ze voor het eerst nam. Lichamelijk ga ik er aan onderdoor, ik verwaarloos mezelf, de hygiëne word minder en ik krijg parodontitis. De maag en darmklachten nemen toe. Ik ontwikkel een allergie voor kaas, noten en pittige kruiden, m'n maag kan niets meer hebben en daardoor ontstaan anorexia verschijnselen. Als je niets eet, hoef je het ook niet te verteren en heb je de klachten niet. Jan gaat zelf brood bakken. Eerst glutenvrij, om uit te sluiten of het een gluten allergie betreft. Daar heb ik gelukkig geen last van en hij gaat over op gewoon bruinbrood. Het is zoveel lekkerder dan het dunne kleffe fabrieksbrood dat je tegenwoordig in de supermarkt kunt krijgen.
De huisarts doet onderzoek en hij ziet geen buik?! Zegt ie. Ik ben een zenuwpees en vreet als een kreeft, al m'n vetreserves op. M'n hele leven voelt m'n maag aan als een blok beton. Ik ben lang zo gespierd niet meer als 15 jaar geleden, maar nog steeds slank en strak als altijd, geen greintje vet.
Mijn huisarts zegt: "Joh, ontspan je een keertje, kweek een buik, je bent al in de dertig!"
Hij groepeert mijn klachten onder de verzamelnaam PDS 'Prikkelbaar Darm Syndroom'. Het heeft een naam maar je moet er mee leren leven want genezing lijkt er niet in te zitten. Het is iets psychisch, hè, iets dat tussen de oren zit. Hij kan enkel voor wat verlichting zorgen en schrijft maagzuurremmers voor, iets waar de darmen rustig van worden en iets wat de krampen tegengaat. Dat is een grote opluchting. Ondertussen ga ik een buik kweken.

Vanaf die tijd dus geen GHB meer, geen Cocaïne of Speed, geen Magic Mushrooms of truffels en geen MDMA of XTC van Ian en Karen.
De laatste XTC die ik dropte zorgde voor een bad-trip die ik niet snel vergeet. Nadat ie insloeg bleek ik werkelijk tot niets meer in staat, dus dan maar liggen liggen. De jongen op het schilderij aan de muur, komt tot leven en praat geruisloos tegen me en ik wil niets anders dan wegzinken in een diepe slaap. Maar dat ging zo gemakkelijk nog niet. Na het uitademen merk ik dat de reflex om weer in te ademen niet komt en het voelde alsof ik mezelf langzaam lag te verstikken. Nu moest ik mezelf forceren bij bewustzijn te blijven en werd veroordeeld tot het uitzitten van de trip. Dat was zwaar vermoeiend en één van de redenen om ermee te stoppen.
Het laatste dat ik heb gebruikt was heroïne die ik in het park bij de Euromast vond. Dat was een paar uur prettig, de kater de volgende dag weer niet. Raar dat dit zo'n populaire drug is. In 2004 werden de FPS Games mijn drugs vervangende verslaving.
Mijn verslaving vervangende drugs.

Hier links een verzameling junkie parafernalia. In het midden de lepel met de resten van de opgewarmde heroïne uit het park bij de Euromast, naast een een metalen ring met afdekplaat. Een deksel om deze periode figuurlijk af te sluiten.
Daarboven v.l.n.r. een blauw envelopje waar coke in gezeten heeft, een naald aan een kettinkje en een scheermesje om coke te versnijden.
Links twee base pijpjes, niet zelf gebruikt maar gevonden op de Kruiskade in Chinatown Rotterdam.
Rechts een glazen injectiespuit, gevonden bij de achtergelaten rekwisieten in de loodsen op de Wilhelminakade,
toen Theo van Gogh vertrok en ons het H.A.L. kantoor liet overnemen in 1988.

 

Dit gevlucht uit de realiteit kost me veel tijd. Zoveel gerookt en gebruikt om de confrontatie met mezelf maar niet aan te hoeven gaan.De website en de pc-games zijn dan ook m'n nieuwe digitale verslaving en het is een welkome verandering.Een stuk goedkoper en grafisch ontwikkeld het zich allemaal ook nog eens naar steeds mooier en sneller.

Na alle gameboy achtige spellen Tetris, Mario, Chip's Challenge etc. in arcade style, kreeg je "Doom" de eerste First Person Shooter (FPS) voor op de PC.
"Quake", uit dezelfde periode, was een fps-game waar de industriele rockband Nine Inch Nails de muziek voor schreef.
Eind 1998 kwam "Unreal" op de markt, met zijn Unreal Engine en de mogelijkheid om zelf mappen te kunnen maken.
Multiplayer games werden normaal. Er ging een wereld voor me open. 24/7 kunnen inloggen en spelen met mensen van over de hele wereld. Al die fantastisch ontworpen mappen van planeten waar vanaf je onze aarde kon zien. Herinner me een van de eerste multiplayer games in 1999. Had me de pleuris lopen zoeken naar iemand die me beschoot vanaf een positie die ik niet kon vinden. Ik kende het hele ruimtevaartuig waar ik me in bevond uit m'n hoofd en toch vond ik m'n aanvaller niet. Kom ik er achter "Trial and Error" dat er zich een platform aan de zijkant van het schip bevind vanwaar ik zicht krijg op een ruimtevaartuig dat zo'n kilometer of 2000 verder ligt. Het is bijna niet te zien, maar m'n aanvaller neemt me van daar onder vuur. En als hij niet hier naartoe komt, hoe geraak ik daar dan? Ik heb geen vlieg machine maar als ik van het platform spring, merk ik dat ik gewoon kan zweven. Het duurde een kwartier voor ik, ruimtepuin ontwijkend, bij het andere schip was en mijn opponent kon uitschakelen.
Unreal Tournament 2004 kwam met de mogelijkheid om te kunnen rijden en vliegen en was een revelatie. My Daily Dose of Digital Drugs.
Er ontstonden "Crews" of "Clans" die met een eigen server speciale mods en instellingen voor wapens en speeltijd etc. konden bepalen. Iedere Clan heeft als het goed georganiseerd is ook een eigen forum en de "Clan-Tag" die elke, betalende, speler in combinatie met z'n eigen Player Name gebruikt tijdens het gamen. Gebruik je ongevraagd een tag van een clan, dan werd je al snel van de server gekickt en bij volharding zelfs gebanned.
Clan Contributions worden gebruikt om de game-server en de website met het forum te kunnen onderhouden.
Ik heb er in drie gezeten:
Bij de CiA-clan (Crashed in Action) was mijn naam Cloneboy[CiA], maar die veranderde ik al snel om niet telkens al dat homofobe gekanker te hoeven aan te horen.
Kom maar op! Zeg ik vaak: "Love to be Hated!" Ik kan het hebben en scheld je helemaal de pleuris. Maar dat leid zo af van het spel.
Bij gebrek aan een administrator die irritante mensen uit het spel kan zetten, zijn er verschillende manieren om sabo's (saboteurs) het spelen onmogelijk te maken. Je valt ze lastig in game en gaat zo tegen ze tekeer in de chat, dat zij depressief het spel verlaten en de rest gezellig kan doorspelen. Maar als je niet uitkijkt ben je alleen maar aan het reageren op alle beledigingen die er over en weer vliegen. Want het is me af en toe een cynische, zwartgallige, vrouwonvriendelijke, antihomo kliek die om aandacht vraagt. De laatste jaren neem ik het enkel op voor anderen die gepest worden.

De CiAclan was klein, zo'n speler of acht, allemaal jonger dan ik en ook nog eens allemaal uit Amerika. Dat duurde niet lang. Steeds vaker speelde ik alleen nog maar op Europese servers en werd in 2005 uitgenodigd door de ESFZ-clan (European Sniper FriendZ) om aspirant lid te worden. Dan krijg je een periode van een maand om te laten zien wat je kan. Mijn naam hier werd: Scum-ESFZ. En ik koos Scum niet voor niets.
SCUM was de naam van een Duits Metalblad: Some Call Us Maniacs.
Scum was ook de naam van het feministisch manifest dat Valerie Solanas schreef: Society for Cutting Up Men. Solanas schoot Andy Warhol neer in zijn Factory in 1968. Omdat Andy haar script was verloren en hij het onmogelijk vond met haar te werken.
Maar ik koos deze naam omdat ik me net zoals de meeste punkers, ook al jaren tot het "Schuim der Aarde" voel behoren: "Got shit on, pissed on, spit on, stapped on fucked with, pointed at by lesser men. Unscarred by trials. The releasing of anger, can better any medicine under the sun." Zingt Phil Anselmo op "A New Level" en "Mouth for War."


Banner voor op het forum; Scum[ESFZ]

ESFZ is een sniper clan, dat betekent dat je alleen een snipergeweer tot je beschikking hebt om mee te schieten, 3 shots 1 kill, headshots instant kill. Ze hadden meer dan 60 leden van 18 jaar en ouder en een server waar mensen vanuit heel Europa speelden. Zondagen waren de verplichte Clan avonden. We speelden bij een bevriende clan, of we nodigden zelf een clan uit om Clan-Fights te houden op onze eigen server.
Na een paar mooie jaren ontstonden er in de ESFZ clan twee groepen die tegenover elkaar kwamen te staan en elkaar qua speeltijden begonnen te ontwijken. Omdat ik het in de discussie op het forum opnam voor de ene helft, werd ik door hen weer uitgenodigd in een nieuw op te richten (vrouwvriendelijke) clan. De Rebel Sniper Alliance, {R$A}Clan, en mijn naam werd {R$A}Scum.
Ook in deze clan, de naam zegt het al, spelen we enkel met een snipergeweer. En we hebben quad-jump, dat het mogelijk maakt om vier keer hoger te kunnen springen dan normaal. Gevechten in de lucht dus. De oudste speler in de clan, was {R$A}Highlander, die was in de zestig. {R$A}Bullit, de laatste nieuwe speler die erbij kwam, was de jongste. Maar die reed zichzelf niet lang daarna te pletter in een te dure wagen.

  
Links, Clan logo uit versleten ClanT-shirt geknipt (provided by {R$A}Weirdo, Financial Director RSA-Clan). Rechts, banner voor op het Forum.


Tekenen en met de spuitbus bezig zijn is Flow zijn lust en z'n leven.
Hij vind het te gek dat ik foto's van zijn werk heb gepubliceerd en denkt dat, nu die bij de webmaster van de graffiti site met zijn werk zit, zijn crew snel bekender wordt en hij internationaal beroemd. Bij ons vindt hij eindelijk de motivatie om beter te leren lezen en schrijven.
Als je wil vinden wat je zoekt moet je heel precies zijn op internet, één teken verkeerd intypen en hij komt niet op de site waar zijn werk staat.

Dat dat ook heel verkeerd kan gaan, merkte we op een dinsdag. Jan krijgt bezoek van een agent die op zoek is naar Flow. Ze willen hem spreken. Hij is er niet maar Jan belooft de agent dat hij zich morgenochtend zal melden op het bureau, met Flow.
De volgende morgen, iedereen ligt nog te slapen, Jan op de eerste, Flow op de tweede en ik op de derde etage, schrik ik wakker van een enorme harde doffe klap. Ik spring uit bed en hoor allemaal mannen schreeuwen beneden. Als ik de laatste trap naar beneden wil nemen kijkt een zwaar bewapende man me aan en richt zijn automatische wapen op me. Hij schreeuwt naar me dat ik moet blijven staan en als ik toch doorloop (ik woon hier) schreeuwt hij nog harder.
Ik twijfel even, maar ga op de bovenste tree zitten. Dan zie ik Flow met z'n hoofd tegen de muur staan. Zijn handen op de rug in de boeien. Ze nemen hem mee naar buiten en voeren hem af in hun busje.
Als ik naar beneden loop zie ik wat voor ravage ze hebben aangericht.
Onze vloer bij de voordeur was al weken aan vervanging toe. We lieten er linoleum leggen wat voor houtrot daaronder zorgde.
Je moest dus voorzichtig aan doen en over de eerste rotte planken heenstappen als je bij ons naar binnen stapte.
Nu kregen we de DSI (Dienst Speciale Interventies) over de vloer, die eerst de voordeur uit z'n voegen beukten en dachten dat ze daarna door konden stormen naar binnen toe. Nou die zakten met heel hun zwaarbepakte uitrusting eerst tot hun knieën door de verrotte planken natuurlijk.
Nu is de voordeur total loss en zitten we daarachter met een groot gat in de vloer. We zijn verbouwereerd, letterlijk en figuurlijk.
Jan had gisteren in gesprek met de wijkagent toch al toegezegd langs te komen met Flow? Waar is dit geweld nou weer allemaal goed voor?
Bij onze eerste koffie proberen we te begrijpen wat er mis is gegaan in de communicatie. Even ontbijten en daarna uit proberen te vinden waar hij vastgehouden word. Na een half uur is Flow al weer terug. Hij stond als vuurwapengevaarlijk geclassificeerd. En hoe kwam dat dan weer?
Wat dagen geleden was hij in de chatbox van zijn moeder helemaal uit zijn dak gegaan over z'n stiefvader. "Ik schiet hem helemaal overhoop!" Schreef hij voordat ie uitlogde. Zijn moeder heeft na deze bedreiging meteen een screenshot van dat chat-gesprek gemaakt, de politie gebeld en gezegd dat hij een wapen had.
Ja, dan wordt de DSI ingezet dus. Nadat zij hun destructieve werk hadden voltooid, kwam er later op de dag iemand de schade opnemen en werd er een houten paneel geplaatst voor onze deuropening. Het ziet er niet uit en het lijkt wel of ze net een drugspand hebben dichtgespijkerd.
Gelukkig hebben we twee voordeuren en kunnen we gewoon in en uitlopen.

Sinds we Flow in huis hebben gehaald is er nog nooit zoveel politie bij ons over de vloer geweest.
Niet alleen kinderen die door het huis hollen nu, of vrienden van Flow, waardoor je soms niet meer weet wie er allemaal binnen zijn, maar dus ook zo af en toe een agent of twee die, natuurlijk, voor Flow komen, maar hun nieuwsgierigheid naar hoe we hier iedereen maar toelaten niet kunnen bedwingen.
Als we het eens voorleggen aan de wijkagent waarschuwt hij ons, dat we de politie niet zomaar, alleen door het hele pand moeten laten struinen.
Straks laat iemand hier nog wat achter. Hij drukt ons op het hart altijd mee te lopen als er één naar boven wil.
We hebben niets te verbergen, maar deze opmerking doet m'n gemoedstoestand geen goed. Als je ook al op je hoede moet zijn voor de politie.
Het duurt dan ook niet lang voor die openhartigheid en gastvrijheid bij me verdwijnt en weer plaats maakt voor wat gezonde achterdocht. Want alles wat je zegt kan tegen je gebruikt worden en de volgende agent in je huis kan dus net de verkeerde zijn.

Op onze website in het graffiti gastboek presenteer ik me sinds ik foto's van illegaal werk publiceer, als de fotograaf die zelf niets illegaals doet buiten. Want het is met deze website helemaal niet zo moeilijk om me te vinden. De foto's die ik van m'n eigen werk plaats zijn tot nu toe allemaal hier in eigen huis en tuin gemaakt.
Het wordt steeds moeilijker om die twee rollen te scheiden. Nu ik steeds vaker bussen mee naar buiten neem om zelf ook ergens wat te zetten en overal tags achter te laten, moet ik nog beter gaan uitkijken. Gaan ze erachter komen wie CSC Scum is? Nou, ja hoor! Maar niet doordat ik 's nachts ergens ben opgepakt tijdens het zetten van een piece, of het voltaggen van een container.

Meer dan 700 foto's heb ik online gezet, maar met Flow komt er een beetje de klad in. Er gaat meer tijd op aan zijn werk en ik ga nu veel meer met hem op pad, dan zelf consistent te blijven zoeken en werken aan mijn verzamelingen. Dat we een risico namen door hem in huis te nemen wisten we wel en toch had ik nooit gedacht dat het zo snel zou eindigen. Vier jaar was ik een anonieme onbekende digitale figuur geweest. Niemand in de Graffiti scene kende me. Alleen de baas van 'Urban Unit' de graffiti winkel op de Nieuwe Binnenweg. Ben hem gaan vragen of hij het goed vond dat ik een banner met link naar hun website plaatste, hij kende mijn werk en vroeg of ik de illustere figuur was achter de Clonespots.
Desalniettemin, nu met Flow hier in huis werd de zorgvuldigheid waarmee ik tot nu toe m'n anonimiteit wist te waarborgen in één ochtend vernietigd. Ik dacht even dat m'n wereld instortte en verweet mezelf dat ik het zo ver had laten komen. Tegelijkertijd bleek het ook een goed moment om te stoppen met deze veel te laat gekozen, ongezonde leefstijl.

Vroeg in de ochtend tijdens het ontwaken als, op één oor nog en in lichte sluimering, de geluiden van de omgeving weer tot me door beginnen te dringen, concentreer ik me op wat ik hoor in het pand. Nog voor ik goed en wel wakker ben vang ik flarden op van een gesprek dat Flow een etage lager met iemand voert.
Hmm, het is nog geen negen uur en Flow is nooit zo vroeg wakker. Ze praten zachtjes, bijna fluisterend en tussendoor klinkt het mechanische geklik van een dure camera. Ik ben wakker, krijg argwaan en wil weten wat er speelt. Als ik overeind kom en op de rand van m'n bed zit, merk ik dat ze de gang op lopen en hoor, nu duidelijker, dat Flow vertelt welke tag van wie is. De muren hier staan er vol mee. Ik kleed me zachtjes aan en ga voorzichtig kijken.
Als ik langzaam de trap afloop schrik ik me wezenloos. Er loopt een agent in burger alles te fotograferen en onze tijdelijke bewoner voorziet hem daarbij van de juiste informatie. "Wat de @$^@H is HIER (*&(^%#$Y$% aan de hand???" Vloek ik. Nu schrikken zij ook en voelen zich betrapt. Ik richt me meteen tot de oudste van de twee en vraag wat de agent aan het doen is in mijn huis en of dit een afspraak was tussen hem en mij. Hij probeert me uit te leggen dat er niets aan de hand is. Maar ik weiger verder met hem in gesprek te gaan, zeg dat hij meteen moet stoppen en ren, helemaal over de rooien, meteen door naar beneden.
Ik ben echt in alle staten en vertel Jan kort en bondig wat ik boven heb meegemaakt. Die agent moet het huis uit en snel, anders ga ik compleet uit m'n dak.
Flow en de agent zijn achter me aan mee naar beneden gelopen en stappen nu geschrokken de kamer in. De agent is één en al excuses en doet nogmaals een verwoede poging het uit te leggen: "Ik fotografeerde niets van jou werk, alleen maar van anderen en Florence helpt me alleen maar." Ik kijk hem niet aan, ik weet genoeg en zit te wachten tot Jan hem eruit zet. Jan probeert de agent uit te leggen waarom ik zo reageer. Hij vraagt de man begrip te hebben voor de stressvolle situatie waar die me in bracht en verzoekt hem te vertrekken als ik niet verder in gesprek wil.

Ondertussen worstel ik met m'n loyaliteits gevoel, maar krijg wel door dat ik Flow weinig kwalijk kan nemen.
Die heeft in al die jaren natuurlijk een heel andere relatie met de politie opgebouwd dan ik. Hem word strafvermindering belooft en hij helpt de agent met de database die de 'polypsie' van graffiti spuiters aanlegt.
Dit betekent dan ook dat als ze je pakken, je word beboet voor alles dat ze in hun database van je bij elkaar hebben gevonden. Ik voel me evenzogoed ontzettend belazerd. Heb het gevoel dat ik verraden ben en dat niet alleen. Het was de bedoeling dat de anonimiteit hier in huis gewaarborgd was. Iedereen die hier wat achterliet kon er van uitgaan dat ze niet werden aangegeven bij de politie. Flow is er daar uiteraard ook één van, maar maakt er deze ochtend resoluut een eind aan.
Het einde van iets wat voor mij nog nauwelijks was begonnen. Als iemand uit de graffitiwereld hier achter komt, vrees ik voor m'n leven.
Hier houd het op. Een nieuwe naam, een nieuwe tag, een nieuw karakter ga ik niet meer bedenken. CSC Scum laat niets meer van zich horen en verdwijnt van de radar. Me, myself and isolate, cloneboy died in '98?
CSC Scum was here! Maar nu ook al niet meer:)


Fotobewerking "Me, Myself and Isolate, Cloneboy Died in '98."

Binnenkort gaat Flow zijn straf uitzitten. Hij had nog een maand of vier te gaan in Veenhuizen, zo'n 3 uur reizen vanuit Rotterdam.
Die vier maanden zijn net te weinig om daarna in aanmerking te komen voor ondersteuning door de reclassering.
Als hij weer vrij komt zullen we met het Leger des Heils kijken hoe we hem in een begeleid wonen project kunnen krijgen. Dat lukt uiteindelijk bij de 'Corridor'.
Na Flow nemen we geen mensen meer in huis op.
Na Flow blijven wel veel kinderen over de vloer komen.
 

Het is lekker weer en we zijn allebei met de computer bezig. De tuindeuren staan open en de mussen lopen in en uit en pikken ons vloerkleed schoon. Niet dat we nooit stofzuigen, maar ze vinden blijkbaar altijd wel wat.
We hebben in onze verwilderde tuin nu een kolonie van wel meer dan veertig mussen en zorgen goed voor ze. Door de verwaarlozing van ons tuintje is het een perfecte habitat voor niet alleen de mussen maar ook merels en een winterkoninkje. Als we er niet zijn laten we brood op de wasmachine liggen en doen het schuine raampje boven de keukendeur open. Dan komen ze zelf via het raam naar binnen om eten voor hun kroost te halen.
Elke nieuwe generatie mussen, per jaar kunnen ze wel drie nesten grootbrengen, zal onze huiskamer beschouwen als een deel van hun biotoop en gewoon naar binnen en naar buiten vliegen. Als we lang niet zijn opgestaan vanachter de pc, komen ze zelfs verder naar binnen vliegen en nemen plaats op een van de pc kabels die bij ons via het plafond lopen. Dan zitten er zo vijf mussen op een rijtje boven ons mee te kijken.

De tuin grenst aan de Van Der Palmstraat en onze schutting is overwoekerd door de bruidsluier.
Op straat geluid van spelende kinderen. Dan horen we iemand tegen de schutting schoppen. Als ik naar de tuin loop zie ik ineens een hoofdje half boven de begroeiing omhoog komen en weer verdwijnen. Daarna wat gepraat en geschreeuw en er word weer tegen de schutting getrapt.
Ik ga even kijken wat er aan de hand is. Als ik van de Meineszlaan de hoek om ga en de Van Der Palmstraat inloop zie ik hoe druk het is.
Kinderen en wat ouders kijken op naar de schutting. Als ik nader en vraag wat er is, neemt het jongetje wat tegen de schutting aan loopt te springen meteen het woord: "Meneer, meneer, is deze van u? We zijn een dingetje kwijt, het ligt in die tuin!" Er is een propellertje over de schutting onze tuin in verdwenen.
Als ik bevestig dat het onze tuin is, vragen ze of ik wil gaan kijken of ik iets kan vinden. Ik loop terug en ga zoeken in de tuin, maar zie niets en ga terug om het ze te melden. "Nee, het moet daar liggen hoor!" Zegt de kleine jongen. "Mogen we zelf gaan kijken?"
Nou oké dan. Ik ga ze voor en een hele rits kinderen volgt. Ze waren allemaal super benieuwd naar hoe het er achter die schutting uit zou zien.
We staan in de tuin bij het zwembad en terwijl ze blijven communiceren met de ouders aan de andere kant, zien ze ineens hun speelgoed in de bruidsluier hangen. Ze kunnen er niet bij en ze zijn helemaal blij dat het mij wel lukt.

Wij wonen op 54 en toen we hier in 1992 introkken woonde er op nr. 50 een Marokkaans gezin. Hun kinderen kwamen hier ook over de vloer.
Bij ons konden ze tekenen en spelletjes doen. En toen ze zagen dat we een fototoestel hadden heb ik een keertje twee rolletjes met ze volgeschoten. Voor de grootouders in Marokko.
Thuis hadden ze niet zoveel en bij ons keken ze hun ogen uit. Ze kregen geregeld het schaakbord mee, zodat ze ook thuis konden schaken.
Na een paar maanden verhuisden ze naar elders in de buurt. Dat hoorden we toen ze nog een laatste keer aan de deur kwamen om het schaakbord terug te brengen en ons te bedanken voor de leuke dingen die we hadden gedaan. "Nou, maar dan mogen jullie het schaakbord houden hoor!" Zei Jan. We hadden zelf wel meer dan één bord met stukken. Ze geloofden hun ogen niet en wilden bijna weigeren.

Hassan, een jongen uit de Van Der Palmstraat die op onze schutting uitkijkt, had me in die tijd ook al eens een keer aangesproken toen ik voor het huis zat te roken. Hij kwam net terug met boodschappen en zag ons geregeld met de auto hetzelfde doen. Hassan woont bij z'n ouders die vanuit Turkije in Rotterdam terecht zijn gekomen en die communiceren nog steeds in hun moedertaal.
De verantwoordelijkheid voor z'n ouders valt hem af en toe zwaar en hij vraagt of wij niet ook zijn boodschappen konden halen. Dat was wel heel recht voor z'n raap voor een eerste kennismaking. Ik kon dan ook alleen maar begrip tonen voor de problemen waar die mee zat. Daar komt bij dat ikzelf geen rijbewijs heb natuurlijk en Jan de enige chauffeur bij ons in huis is die het meest voor de boodschappen opdraait. Jan is daarbij ook nog ouder dan de vader en moeder van Hassan. Da's best een rare verhouding.
Ikzelf heb ook mijn hele jeugd boodschappen gedaan zonder er ooit over te klagen, maar ik kan eerlijk gezegd geen supermarkt meer zien.
Nu tien jaar later, zie ik hem weer staan bij onze schutting. Hij is ondertussen getrouwd met Muzeyën en ze wonen nog steeds bij zijn ouders drie hoog in de v.d. Palmstraat. Het jongetje dat opgefokt tegen de schutting loopt te trappen is zijn zoontje, Sefa. Spreek uit als: "Sèffa".




 

In de krant lees ik over het misdaadprogramma van Peter R. de Vries. Hij stapt naar de rechter omdat iemand een tweede uitzending over Koos Hertogs probeert te verbieden. Koos Hertogs blijkt in de Long Stay gewoon kinderporno te kunnen krijgen. Bij mensen die nooit meer vrijkomen schijnen ze dat door de vingers te zien. Peter R. wil die praktijk laten zien. Ik kijk zijn programma's daarover niet. Wat dagen daarna staat er een ingezonden brief van mijn oud docent wiskunde in de Volkskrant
Ik ga de uitzendingen die er nog aan schijnen te komen niet zien, maar deze informatie en de reactie van Fred Rohde bezorgen me slapeloze nachten.
Totaal onverwacht komt alles wat er met Tialda is gebeurt, dubbel zo hard terug.
Na een week of twee maak ik een afspraak met de psycholoog.

2007.
Dat Bep haar laatste weken inging weten we wel. Maar hoe dichterbij haar einde komt, hoe meer ik hoop en verwacht dat ze uiteindelijk toch nog wel met iets over de brug zal komen. Maar toegegeven, ik vrees het ergste. De laatste paar keer dat we bij haar langs geweest zijn, zat ze ons gewoon weg te kijken in d’r dure luxe stulpje. Alsof ze zich met opzet omringt met mensen die allemaal van na 1970 zijn, zodat het telkens heel raar en ongepast is als ik speciaal aandacht vraag voor de periode daarvoor.
Maar ik heb natuurlijk wat haar betreft ook de boel verpest toen Dirk en Jiska gingen trouwen.
Tja ze is nu oma en F. G. is opa van Dirk en Jiska hun eerste kind. Ook nu blijf ik gewoon een buitenstaander en geven ze me het gevoel dat ik teveel ben. Ze hebben mij niet nodig in hun wereld.

Eind oktober was ik gaar van de griep en toen kwam het telefoontje van F. G., het gaat niet meer met Bep. Ze is vannacht gevallen en nadat ze terug in bed kwam, is ze in coma geraakt. Haar laatste uren zijn aangebroken, of we naar de Westerdreef komen. Natuurlijk, ze knijpt ertussen uit. Die antwoordt niet meer. Als we er aankomen is Dirk er ook. Bep ligt in comateuze toestand voor lijk op bed. F. G. en Dirk willen eromheen zitten. Handje vasthouden, strelen. Gadverdamme. Als ik haar hand even vastpak, weet ik genoeg. Ze ligt in coma en zal niet meer herstellen. Humaan zou zijn om de spuit erin te zetten. Ze willen haar nog wat uren "bijstaan" maar waarom weet ik niet. Ik ga naar beneden.


Jan en ik, Zocherspark Rotterdam.
Foto: Claudio Bartolozzi.

Bij het leegruimen van haar huis ga ik meteen op zoek naar dat ene fotoalbum met die twee foto's van m'n vader.
Wonderbaarlijk genoeg is het echt nergens te vinden. Meer dan tien albums hebben we, het staat er niet meer tussen.
En ik had nog wel zo goed onthouden hoe het eruit zag. Bruine kaft en niet zo groot.
Op de Heereweg nog, stond het in de linker boekenkast in de salon. Op de onderste plank. Waar is het gebleven?
Heeft ze het aan iemand anders gegeven? Wie heeft hier nu meer recht op dan ik? Ze heeft het toch niet vernietigd?
Dit gedeelte van onze gezamenlijke geschiedenis is altijd al op de tweede plaats gekomen. Het leven dat ze met Bart heeft opgebouwd, is altijd veel belangrijker geweest. Nu ze dood is kan ik het echt nergens meer vinden. Dirk en F. G. hebben geen idee waar ik het over heb. Of wel misschien? Wat voel ik me ongelooflijk belazerd door die vrouw.

Wat we wel vinden, in de meterkast, is een pakje sigaretten met nog één peuk.
Ze heeft zichzelf helemaal de kanker gerookt, maar bleef tot haar dood naar iedereen de schijn ophouden dat ze haar leven zou beteren en zou gaan minderen. Toch verstopte ze nog altijd pakjes om nooit zonder te hoeven zitten. En dan naar anderen toe steeds blijven volhouden dat het haar lukt.
Het is toch wat, dat ze zichzelf zo voor de gek hield. Alsjeblieft, doe ons dat niet aan en blijf roken, dacht ik vaak.


Met de sleutel van haar voordeur.

De keren dat ik wat aan haar had zijn op één hand zijn te tellen:
1. Begin een dagboek.
2. De oudpapier actie voor Qbus.
3. Voorkomen dat ik in elkaar geslagen werd voor ons huis aan de Heereweg en
4. Eindelijk eens een keertje dood gaan! Tragisch dat Bart eerder ging.
Ik kom jammer genoeg niet eens aan vijf. Nou ok dan... ze heeft me richting de kunst gestuurd en ik erf van haar een grote afkeer voor de lopende band, de kantoorbaan en beursgenoteerde bedrijven.

-Schrijf het eens een keertje allemaal op joh!
Nee dat gaat niet gebeuren! Wat denk je nou, ik ben een dramatisch middelmatige schrijver met een belabberde woordenschat en dan dat kutleven van mij een beetje gaan zitten oprakelen?
Chronologisch gruwelen. Nou sorry hoor, ik zie niet in wat daar nou zo leuk aan is. Denk dat ik nauwelijks een 'normale' dag kan beschrijven, zonder er een week depressief van te geraken. Waarom zou ik dat over mezelf afroepen?

-Je hebt toch al veel geschreven! Je kunt toch beginnen met de locaties waar je allemaal gewoond hebt, gewoon wat fragmenten?
Meer dan fragmenten zullen het ook niet worden hoor. Voor de PC er was, schreef iedereen toch veel!
Bep schreef ook veel, maar echt vrolijk werd ik er niet van en Bart’s handschrift was bijna niet te ontcijferen, zo onduidelijk schreef hij.
En dan al die dagboeken van mij: Man, wat een drama. Al die angsten, jaren van dreiging en oplopende spanningen.

-Maar vind je je leven dan voltooid?
Toen ze voor lijk lag in dat te dure vakantiehuisje van d’r, waar ze ons liever niet meer zag, heb ik haar uitgelachen via de grote spiegels van haar luxe klerenkast (Ja, het lachen stond me nu nader dan het huilen.) en keek ik met verbazing naar haar dooie hoofd en mijn eigen houding, waarvan ik wist dat ik me er later voor zou generen. Is het nou hélemaal over?
Ik geloofde het nog steeds niet, terwijl ze koud en lijkbleek toch geen enkele sjoege meer gaf. Is dit leven voltooid? Zij heeft haar leven toch ook vergooid? Was toch een beetje een zinloze exercitie, dat dramatische gezin van d’r? Ons gezin was net zo disfunctioneel als het gezin waar zijzelf uit kwam.
Maar met haar dood had ik inderdaad het gevoel dat mijn leven voltooid was, ja. Het leven dat maar niet beter werd, toen zij nog vrij rondliep op aarde.
Ik ben nog nooit zo blij geweest. Die verlossing, dat besef van onomkeerbaarheid. Ik hoefde niets meer te verwachten van haar, hier stopte alles. Wat een opluchting. Ze wordt nooit meer wakker, ze kan niks meer, ze doet niks meer, ze zal nooit meer te horen zijn, on-ge-loof-lijk. En waar ben ik nou al die jaren zo bang voor geweest? Ik voelde me eindelijk bevrijd van mijn ergste vijand en heb haar niet eens zelf om het leven gebracht.
Nu ze dood was, kreeg ik natuurlijk ook geen antwoord meer op de meest elementaire vragen waarmee ik m’n hele jeugd geworsteld heb. Maar 41 jaar geen duidelijkheid scheppen, eromheen blijven draaien en voor zich uit blijven schuiven is natuurlijk ook een antwoord.
Alsof hiermee tegelijkertijd een ontzettend gênant familiedrama voorgoed in de doofpot is verdwenen.


GUMBAH, Volkskrant. Dagen na haar begrafenis.

-Weet je nog wat je zei tegen me? Je bent toch niet voor niets weggelopen van haar?
Nou, dat was alleen maar omdat ik in vrijheid een einde aan mijn leven wilde maken. Ik ben wel vertrokken, maar denk je dat ik de rest van mijn leven elke dag geconfronteerd wilde worden met de effecten van mijn gelukkige jeugd? Daar heb ik echt totaal geen zin in, ik gebruik niet voor niets van alles en nog wat.
Nu Bep er niet meer is merk ik hoe overbodig alle drama was. Dat viel me natuurlijk al op toen ik van de Heereweg vluchtte in 1984.
Het was allemaal zó zinloos, zo, nergens voor nodig maar toch moet ik de rest van m’n tijd leren dealen met het onvermogen, de achterstand, de zelfhaat.
Sinds Breda ben ik al teveel en werd ik door Bep uitgedaagd, beledigd, gehaat, geslagen, vernederd, voor schut gezet, gekleineerd.
Van de ene depressie in de andere, al het fysieke ongemak dat al begon in het tehuis. De wereld is geen plek voor mij.
Ik heb ook op alles en iedereen wat aan te merken.

Het Komt Nooit Meer Goed!

Vader, Wees gegroet
Mijn vader die in de hemel zijt, je naam ben ik vergeten.
Je rijk kan me gestolen worden.
Je wil mocht dan geschieden op aarde,
het is waar ik geen hemel ken.
Geef me reden, al vraag ik om dood.
En ik vergeef je niet je schuld,
Zoals ook jij me niets te geven had.
Daardoor mijd ik elke bekoring.
Verlos me van die schade, samen.

Wees gegroet
Wees gegroet maria gaat snel te rade
de heer is in u
gij zijt de gepaalde onder de vrouwen
en gefaald heeft het gen
als vrucht van uw schoot
schijnheilige maria, hoedster van het kot
bid voor mijn mond aars
nu breng ik het vuur tot in uw schoot, schamen
Cloneboy Helcus

Edoch, den twijfel ende wroeging. Sinds 1998 heb ik geen letter meer aan het papier toevertrouwd, da’s nu 23 jaar geleden. Al die jaren alles van me af schrijven was om de schade die ik anderen toebreng te beperken en om niet te vervallen in overmatig drugsgebruik of crimineel gedrag.
Vond het wel weer genoeg voor een tijdje, werd een beetje onwel van die letterdiarree, wat een verliezer.
 


Collage Scum, 1999.
Foto: Claudio Bartolozzi, Rotterdam 1986.

beste dok,
Hier ter verduidelijking nog wat over mijn "gebruik".
Aan mijn moeilijke verleden heb ik het een en ander overgehouden; overgevoeligheid, manische depressiviteit, slapeloosheid, adhd, twijfel aan de waarde van mijn bestaan, doodsangst verwerkte ik met verslavingen, suïcidale neigingen. Ik rook daardoor al 37 jaar, mijn moeder rookte 75 sigaretten per dag en tijdens haar depressies vlogen de asbakken geregeld door de kamer, jarenlang heb ik sigaretten en alcohol voor haar gehaald. Toen ik het ouderlijk huis ontvluchtte hoopte/verwachtte ik dat ik snel een overdosis zou kunnen nemen... zonder Jan zou dat ook wel gelukt zijn. In plaats van er een eind aan te maken moest ik m'n problemen onder ogen zien en veranderen... ik heb veel drugs gebruikt (ghb, speed, paddo’s, truffels, stuff, cocaïne, mdma, xtc)
Sinds het jaar 2000 ben ik daarmee gestopt en heb ik via de GGZ (Mathenesserlaan) ook Prozac en Orap gebruikt maar niet voor lang (de consulent toen vroeg ook of ik niet goedkoop medicijnen wilde scoren voor mijn verslaving en of ik ze niet zelf zou doorverkopen op straat).
Weed is altijd goed voor me geweest, goed tegen slapeloosheid, goed tegen misselijkheid, goed bij opwekken eetlust (neiging tot anorexia), goed tegen opgefokt agressief gedrag (fijn voor m'n omgeving en ik hoef niet meteen opgenomen te worden in een geestelijke gezondheidsinstelling). Weed voorkomt dat ik naar sterkere drugs grijp. Net zoals toen bij de GGZ voel ik me een beetje beledigd, ik heb nooit gedeald en nooit iemand lastig gevallen met mijn problemen, zonder Jan was het nog moeilijker geweest maar sinds 2012 ben ik systematisch gaan bijhouden wat ik gebruikte en gaan minderen... Rookte ik eerst meer dan 5 gram per dag, nu doe ik 3 dagen met 5 gram. Maar de laatste jaren merk ik dat ik niet meer kan minderen dan ik doe. Ik weet van zeker 6 shops in Rotterdam dat ze allemaal hetzelfde verkopen (niet goed beter best, maar slecht slechter slechtst) duur, slaat op je longen, geen betrouwbare informatie, men praat ook geen Nederlands meer en heel slecht Engels.
En zoals ik aan de telefoon al zei, de medicinale wetenschappelijk gecontroleerde cannabis van Bedrocan doet me nog minder roken.
Ik stop anders wordt het te lang... ik had gedacht dat er wel een patiënt in Rotterdam zou zijn die vijf gram per dag rookt maar de Beukelsdijk apotheek had iemand die om de twee weken nodig heeft? koopt diegene ook nog bij coffeeshops? het meeste effect heeft de Bedrocan op de misselijkheid die opkomt na het gebruik van hun Movicolon (ik vraag om een andere steeds, maar krijg altijd de Movicolonsmaak waar ik misselijk van word.)
Ik ben altijd bereid meer duidelijkheid te verschaffen, met vriendelijke groet, E.K.


Banner van Stichting Groot Manhattan, gemaakt voor de website.

01.15 rook ik wat, hangend uit het raam aan de voorkant op de bovenste verdieping. Er scheert een vleermuis onder m’n raam door.
Dan nog één van rechts, maar die maakt voor mijn raam een bocht en schiet met een rotvaart recht voor me uit naar de overkant van de laan. "Wow, mooi", dacht ik en starend naar de overkant, zie ik na een paar seconden alweer iets terugkomen. Voor ik er erg in heb hangt ineens die vleermuis weer voor m’n ogen, stil in de lucht. Een seconde of wat kijk ik het beest recht in de oogjes, waarna die zich laat vallen en weer is verdwenen.

Er zijn nog steeds wel dagen dat ik veel vloek, bij zowat alles wat ik doe. Tijdens het teruglezen van al die dagboekfragmenten zie ik hoe vroeg dat begon en schrik dan van de leeftijd. Ik wil het allemaal niet goedpraten maar het verschil is altijd merkbaar; blow ik niet, dan vloek ik meer. Zonder dat ik er erg in heb spui ik dan m'n gif en bied tegenwoordig, in één adem, meteen m'n excuses aan voor het gefoeter. Misschien heb ik toch wel een beetje een lichte vorm van Gilles de la Tourette.
Dit veranderde allemaal, tot mijn grote verbazing, toen hier in de Meineszbuurt steeds meer kinderen over de vloer kwamen, die we een omgeving gaven waar ze zich thuis konden voelen. Waardoor ze niet enkel tot hun achterbuurt veroordeeld waren.
Het bleek een grote ommezwaai voor het vat vol tegenstrijdigheden dat ik was. Door al die jeugdige onschuld, veranderde mijn hele houding.
De depressie na het vertrek van Clau, verdween langzaam. De heftige tijd met Flow was achter de rug en ik was alle aandacht voor ons web eigenlijk wel een beetje zat. Het waren een paar drukke jaren.
Maar met de jihadfile en alle gedoe daaromheen; de Kamervragen, Bram van de Binnenlandse Veiligheidsdienst een paar keer over de vloer, interviews met Rotterdamse media en een publieke discussie met Harry van Bommel in het VARA radio programma 'De Rode Haan', was het toch een beetje de verkeerde aandacht die we voor ons web kregen, waardoor we ook nog eens in de extreme hoek geduwd werden.

Uit verveling vonden ze altijd wel een manier om aan te kunnen bellen. In het begin lukte dat door een bal over de schutting trappen, daarna leken ze meer redenen te hebben om aan te bellen. Als de ouders thuis ruzie hadden bijvoorbeeld, ontvluchten ze hun huis. Maar op zondagen als er weer veel familie over de vloer kwam, werden ze gewoon door hun moeder naar hier gestuurd. Zo werden we voor de ouders een noodzakelijk kwaad.
Wij zijn altijd heel open naar de omgeving en hebben zowel de politie als ook de nieuwsgierige kinderen of ouders nooit de deur geweigerd.

Binnenlopen bij westerse mensen deden de meesten niet. Maar ze vonden het reuze interessant hier.
Bij ons was er van alles te doen en waren alle kamers voor iets ingericht. En ze mochten overal komen en aan de slag als ze wilden. Op de begane grond is de meeste tijd doorgebracht in onze woonkamer/kantine/kantoor. Op de eerste is een werkplaats met opslag van gereedschappen. Ook de hele bibliotheek zit daar met alle boeken en platen (lp's). De tweede etage waar Flow heeft gezeten is leeg en dan de bovenste etage waar ik zit met m'n studio/atelier ruimte.
Sommigen durfden helemaal boven op mijn etage te komen. De meesten vonden het eng, al die graffiti. Maar als er eentje durfde, ging er ook wel eens een ander mee. Daar, in m'n atelier had ik met een spuitbus, sinds Clau was vertrokken, op de deur een zin in het Nederlands geschreven, met in mijn achterhoofd 'Disciple' een nummer van Slayer: "I hate everyone equally, you can't tear that out of me, no segregation, seperation, just me in my world of enemies."
Daar schrokken ze zo van, dat ik het toen maar meteen heb aangepast.
Elke keer als m'n oog er weer eens op valt, moet ik lachen. Het staat er toch echt: "Ik hou van iedereen, altijd, evenveel, overal."

Thuis hadden de meesten niet veel om handen, er was nooit wat te doen. Het meeste werd gespaard voor hun andere thuis, waar ze elk jaar in de grote vakantie naartoe gaan.

Het waren een paar intensieve jaren die voornamelijk besteed werden aan computeren en huiswerk begeleiding voor als er Power Point presentaties, proefwerken, spreekbeurten, werkstukken, sinterklaassurprises, vaderdag/moederdag- en verjaardagscadeaus gemaakt moesten worden.
Dit deden we jaren lang met verschillende kinderen: Sefa bracht Esma mee met in hun kielzog Mizgin en haar broertje Berzan. Devran, Merwan en Mustafa sneakte wel eens mee naar binnen.
In het begin werd er nog gecontroleerd hoe halal we leefden. De koelkast werd geïnspecteerd en de voorraadkast met levensmiddelen. Varkensvlees mocht niet en Oma wilde zeker weten of er geen alcohol in huis was. Want dan mochten ze hier niet meer komen. Dat hebben we toen ook even niet meer gekocht, tot het moment dat we van Sefa hoorde over zijn vader. Die dronk wel een biertje, soms. En dan natuurlijk de onvermijdelijke vraag of we de koran hadden en waar die dan stond. Jan heeft er een paar en één daarvan lag, tot zijn grote verbazing, gewoon bij ons boven op de boekenkast. Sefa was meteen gerustgesteld.

De meeste van hen leefden in armoede. De ellende die dat met zich meebracht, hadden we al eerder meegemaakt met de zus van Claudio.
Bij twee jongens die hier over de vloer kwamen was ook sprake van huiselijk geweld, een moeder die vuistslagen moest incasseren en een vader die de heroïnehandel inging. Dat leidde dan weer tot een scheiding, wat al heel erg was in hun cultuur en dus verregaande gevolgen had.
De moeder hadden we al een keer bijgestaan in haar pogingen de cursus Nederlands Inburgerschap te voltooien. Dus ze had nu in ieder geval ook de Nederlandse nationaliteit. De spanningen in het gezin werden er niet minder om. Vader vond het maar moeilijk te verkroppen dat z'n vrouw zo inburgerde en hem qua status voorbij streefde. Moeder en haar zonen sloegen vervolgens op de vlucht en verdwenen plotseling van de radar.
Dat was wel even spannend en met het idee dat we ze misschien nooit meer zouden zien groeide onze bezorgdheid.
Tot de oudste zoon ineens belde vanuit een 'Blijf van mijn lijf huis' en ons bijpraatte. Niet lang daarna reisden ze door naar familie in Oostenrijk.
De familie van Mizgin en Berzan. Mizgin, die ons toen met tranen in haar ogen kwam vertellen dat ze gingen verhuizen.
Waarnaartoe dan? Vroegen wij. Naar het warme Australië. Had ze gehoord. Austria, zei haar vader. En met enige aarzeling hebben we haar toen met de wereldbol op de piano laten zien dat haar vader waarschijnlijk Oostenrijk bedoelde.

Jan neemt een keer de vader van Yasin mee naar een ouderavond. "Als jij meegaat, wil m'n vader misschien wel mee!" Had Yasin ons gezegd.
Als hij het zelf aan z'n pa vraagt krijgt hij meestal het zelfde antwoord: "Boeit me niet!" De ouders hebben zich bij geen van hun kinderen ooit op school laten zien. Rapport uitreikingen, schoolmusical uitvoeringen, feestelijke paas/kerst ontbijten.
Onderweg naar die ouderavond probeerde Jan er achter te komen hoe de ouders aankeken tegen het feit dat hun kinderen zo vaak bij ons waren.
Daar had hij geen problemen mee, zei Yasin's vader hem toen: "Naar ons luisteren ze niet meer, naar jullie nog wel!"
Yasin heeft jarenlang bij ons mee gegeten. Nu is hij lang zo verlegen niet meer als in het begin.
Dan stond hij buiten tegen een boom leunend toe te kijken hoe al die kinderen bij ons naar binnen liepen, waaronder z'n broertje Mustafa. Als Jan hem weer een keer ziet staan nodigt die hem ook uit.
Binnen sprak hij nauwelijks en leek steeds te wachten tot de meeste weer weg waren en dan nog, sprak hij zachtjes en alleen met Jan.
Weken lang als hij aanbelde en ik open deed, was het enige dat hij tegen mij zei: "Ik praat niet met jou!"
Dan glimlachte ik vriendelijk en liep die langs me heen meteen door naar Jan. Ik kon er wel begrip voor opbrengen.
Hij zag mij de hele tijd gek doen en grapjes maken met de kleinste. Toen die doorkreeg wat voor donkere geschiedenis ik zelf kende en hoorde hoe ik over mijn moeder sprak, merkte hij pas dat er wel wat raakvlakken waren. Ik begon me vaker te mengen in de gesprekken die hij met Jan voerde en dat waren meestal niet de gemakkelijkste onderwerpen; Suïcidale neigingen, bezig met zelfmutilatie, wantrouwen in de systemen, geen betrokken ouders.
Hij had het zwaar. Toen die nog klein was leek hij moeders favoriet, maar dat was ineens over toen de volgende werd geboren. Nu was z'n nieuwe broertje de lieveling.
De taal is een 'dingetje'. Doordat er thuis Turks en Koerdisch word gepraat en de ouders nauwelijks Nederlands spreken, worstelen ze zich in hun jeugd allemaal eenzaam door de schooljaren heen.
De kinderen praten Nederlands als ze niet willen dat de ouders meeluisteren. Als de moeders niet willen dat Oma meeluistert, die verstaat alleen Koerdisch, gaan ze over op Turks. Mogen de kinderen niets horen, dan praten ze ook Koerdisch en zijn voor de kinderen weer niet te verstaan.
Hun grootste onzekerheid is moeder. Die heeft constant psychische problemen omdat ze nog steeds maar moeilijk kan aarden in Nederland. In haar wanhoop weet de rest van het gezin af en toe niet wat ze met haar aanmoeten, wanneer ze weer eens buiten zichzelf raakt. Dat kan er heftig aan toe gaan als ze begint te schreeuwen, zichzelf op de grond laat vallen en de haren begint uit te trekken. "Jullie houden niet meer van me!" Krijgen ze dan als verwijt.
Laat op de avond hoorden Jan en ik eens een keer veel sirenes in de straat. Hadden ze de politie gebeld, de brandweer en de ambulance.
Toen Yasin 18 was heb ik hem meegenomen naar z'n eerste grote concert van z'n favoriete band, Muse in de ziggo dome in Amsterdam.

We hebben veel met ze ondernomen. Een dagje naar Diergaarde Blijdorp. Een keertje bowlen in Oostervant. Een paar keer naar de film in het centrum.
Een dagje naar het Scheveningse strand. Een paar keer zwemmen in het zwemparadijs van Duinrel in Wassenaar.

Ondertussen zijn ze allemaal alweer achttien jaar en ouder.
Achttien jaar: Nu je volwassen bent is onze tijd van kinderoppas en naschoolse opvang, omdat je ouders niet thuis zijn, geen reden meer om hier elke dag te zitten. We verwachten dan dat je zorgt voor een eigen huissleutel en dat ze ook eens moeten gaan denken aan op zichzelf wonen. Natuurlijk doen we altijd open als je aanbelt, maar je moet wel een goede reden hebben.
Sommigen zijn verhuisd maar Mustafa eet nog zo'n keer of drie in de week mee en is inmiddels aspirant bestuurslid van SBW.


Dode vlinder in klem. Koel-elementjes uit pc's.

Als de zon net onder is stap ik even het dak op om over de stad heen te kijken. Ik zie de kerk op de Beukelsdijk.
Met de wind in m’n gezicht ruik en hoor ik Diergaarde Blijdorp dat daar achter ligt: de olifanten, de zeehonden die je ook wel eens 's nachts hoort net zoals de vogels. Dan achter me, lawaai dat steeds dichterbij komt. Ik draai me om, schrik, duik wat ineen, en tegelijkertijd scheren er meer dan vijftig grasparkieten, als een groene wolk, amper een meter over m’n hoofd heen. Even sta ik in de wind die hun passeren teweeg brengt en hoor ze in vlucht met elkaar communiceren.
Tegen het vallen van de avond zie je er de laatste tijd steeds meer door onze laan vliegen. Alle vogels zoeken de randen van de stad op als het avond wordt.
In het Roel Langerakpark heb ik begin herfst eens een 30 meter hoge boom, bladerloos al, helemaal vol zien zitten met kraaien.


Het is nacht en bloedheet op m'n kamer, bijna 29 graden. Daarom staan op m'n hele etage alle ramen open. Aan de voorkant in m'n atelier en hier achter waar ik slaap. Om een uur of drie schrik ik van een enorme explosie. Ik sta op vanachter mijn bureau, loop naar het raam en hoor na de grote klap allemaal glas rinkelen en troep neerkomen. Zo te zien aan de rookontwikkeling, is het een pand in de Gerrit van der Lindestraat. Rumoer van mensen die de straat opkomen zwelt aan. Bij Esma thuis aan de overkant zie ik haar broer uit het raam komen hangen en we zwaaien.
Tegelijkertijd komen er uit dezelfde richting twee donkere jongens aanrennen. Zigzaggend tussen de auto's in de van der Palmstraat door en schuin overstekend richting de hoek van de v.d.Palmstraat/Burg. Meineszlaan.
Dit is duidelijk zat, het zijn de twee aanslagplegers. Ze rennen richting onze laan. Ik haast me vervolgens naar m'n atelier aan de voorkant, waar ik meteen m'n hoofd uit het raam steek. Daar zie ik dat ze hun vaart minderen en stoppen bij een auto. Eén van de twee opent de achterklep, haalt er een doek uit en veegt z'n handen en armen ermee schoon. De ander start de wagen en weg zijn ze. Gelukkig ben ik niet de enige die ze heeft zien lopen maar ik bel, terwijl ik de sirenes van de brandweer en de politie dichterbij hoor komen, nog wel even met 112 om de informatie door te geven.
De volgende morgen gaan kijken, maar vanaf de straatkant was nauwelijks iets van schade te zien.
Als je niets met die wereld te maken hebt, hoef je ook niet bang te zijn dat je er slachtoffer van wordt zou je zeggen, maar de laatste jaren lijkt het alsof alle geweld steeds dichterbij komt en zich dan voornamelijk afspeelt in de achtergestelde buurten.
Van iemand die voor de gemeente werkt had ik begrepen dat de wijk bij ons achter bekend staat als Klein Marokko. De oproep tot gebed schalt hier elke vrijdagochtend door de buurt. Kerkklokken hoor je nauwelijks meer.
Hier heerst grote kansongelijkheid. Er is veel armoede en laagopgeleiden lopen het risico in de drugscriminaliteit terecht te komen. Die vergissen zich nog wel eens, waardoor gewone normale burgers om het leven komen, of maandenlang geterroriseerd worden door jeugdigen die meestal niet ouder zijn dan hun eigen kinderen.

[Komt een jongen op de scooter naar je toe. Die vraagt of je een pakketje wil bezorgen bij iemand. Het is een belangrijk pakketje, maar tijdens de bezorging ervan, word je in elkaar geslagen en overvallen en raak je het pakketje kwijt. Nu heb je een schuld bij degene die je de opdracht gaf en kom je er niet meer onderuit, of van ze af. In het pakketje zaten gewoon wat stenen.]

Als ik het zo eens na ga, is er eigenlijk best wel heel veel criminaliteit in deze buurten. Verhalen van voor wij hier introkken zijn al spannend; In een winter van een paar jaar terug was een man op de vlucht, over de schutting deze tuin in gesprongen. Maar hij kwam in het zwembad terecht en is daar verdronken en in de morgen vastgevroren teruggevonden.
Toen de buren bij ons achter de hele begroeiing van de muur gingen verwijderen kwamen de kogelgaten in de muur tevoorschijn, van het verhaal over een shoot-out.
Maar het kan niet op zeg...

Jan zijn wagen is geregeld opengebroken, dat kostte hem al drie autoradio's en af en toe een nieuwe ruit als ze die ingeslagen hadden.
Bij ons is er in de eerste jaren al vijf keer ingebroken; twee laptops, een cd verzameling; Alles van Sonic Youth:(, fotocamera's, videocamera, cd speler, portemonnee (later teruggebracht met alleen de bankpasjes er nog in.)
Jan en ik zijn allebei al een keer gerold; Jan op de hoek van de Claes de Vrieselaan en de Nieuwe Binnenweg. Werd die lopend op de stoep ineens ingesloten door zwarte mannen met fietsen. Thuis merkte hij pas dat ie z'n portemonnee weer kwijt was. 's Avonds laat als ie op z'n kamer op de eerste etage is, hoort hij iemand roepen op straat. Als hij het raam opendoet kijkt een vrouw naar hem op en komt met een vaag verhaal over dat ze elkaar kennen en of ze binnen mag komen. Jan kent haar niet en laat zich gelukkig niet ompraten en zegt dat ze zich vergist. De volgende morgen vertel ik dat het de groep was die hem eerder op de dag had gerold. Die sturen dan zo iemand op je af om je te versieren en de voordeur open te krijgen. Zij lult de deur open, de rest haalt het pand leeg.
De keer dat ik werd gerold had ik het gelukkig op tijd door. Gekke jongen, stond ie me met z'n arm over m'n schouder af te leiden met voetbal trucjes en snel voetenwerk. Tot ik ineens iets weg voelde glippen en voor ik het wist pakte ik boven zijn hoofd mijn portemonnee uit z'n handen. Hij wilde bijna niet loslaten, maar gaf lachend z'n verlies toe.
In onze laan zijn verschillende illegale wietplantages ontmanteld. Er is aan de overkant een keer iemand uit een drugspand van de eerste verdieping op straat gevallen/geduwd. Op de hoek naast de onze woonde een grote dealer, die altijd heel leuk en aardig was voor de kinderen in de buurt en met oud & nieuw altijd het meeste en hardste vuurwerk afsteekt. Hij is door een klein bataljon van de DSI (Dienst Speciale Interventies) uit z'n huis gehaald.
Een stukje verder op het Burg. Meineszplein is veel overlast geweest van jongeren en drugsgerelateerde criminaliteit. Deze buurt was wat de politie betreft, in veiligheidstermen, een 'Hotspot'. Camera toezicht en hoogfrequent geluid uit de 'Mosquito' om onged..., euh, hangjongeren te verjagen.
Jan, die toentertijd de buurtbijeenkomsten in de laan bezocht, trof er een merendeels, oudere generatie witte PVDA stemmers aan. Burgerlijk progressief en voornamelijk bezig met het verwezenlijken van hun partij idealen, maar zonder een herkenbare band met de armere buurten, waar ze vanuit hun achtertuinen zicht op hadden.
Hij kreeg daar een rare indruk van hoe onze wijkmarinier, waarvan iedere buurt er nu een heeft, zich profileerde. Als een verlengstuk van de politie die via de bewoners, ogen en oren in de gemeenschap wilde hebben.
"Maak niet uit mensen, als je er zo een ziet, zeg maar hoe ze gekleed gaan, want we weten wie het zijn. We kennen al die jongens. Dacht je dat die PTT tentjes voor werkzaamheden op het plein waren? Nee hoor, van daaruit observeren we het hele gebied al tijden."

Maar die buurten bij ons achter waren erger. Voor het jaar 2000 zaten daar zeker vier dealers waar de hele buurt van wist. Dus waarschijnlijk nog wel meer. Veel klandizie uit Frankrijk, Duitsland en Engeland. Veel junkies uit de eigen omgeving die hier rondhingen en dag en nacht lawaai maakten. Van onze schutting die aan de van der Palmstraat grenst, wordt veel gebruik gemaakt. Inbrekers kwamen via onze schutting de binnentuinen in. Dan bel je de politie en laten ze een helikopter boven ons blok hangen, met een schijnwerper die de tuinen afgaat.
Alle harddrugs gebruikers die wat bij de dealer hebben gescoord, kwamen dan weer vanuit de binnentuinen. Die mogen niet meer vertrekken door de voordeur van de dealer, waar ze binnengelaten werden, maar worden er in de tuin uitgezet en mogen het verder zelf uitzoeken. Dan komen ze na wat zoeken in de enige tuin terecht die aan de straat grenst, de onze.

Het is duidelijk dat de interventies van de politie het grote drugsprobleem in ons land niet hebben opgelost.
Hun vangsten staan meestal niet in verhouding tot wat er allemaal wel door komt.
Toen Burgemeester Opstelten de scepter zwaaide, 1999/2008, is er toch wel veel verbeterd in de buurten. De ME voerde razzia's uit tot alle overlastgevende harddrugs dealers waren verdwenen. Mijn buurjongen Marco (Ken hem niet, maar iedereen die coke wilde, hoorde je op straat zijn naam roepen) is in 2011 door een ambulance horizontaal z'n huis uit getild en niet meer teruggekeerd. De rustige zwarte dealer aan de overkant op de eerste etage, die altijd z'n raam open had staan vanwaar uit reggae muziek te horen was, is een paar jaar geleden overleden aan kanker. Hij was geloof ik de laatste.
Toentertijd zijn ook de AHOJGI-criteria aangescherpt, waardoor je in 2013 voor de coffeeshops de 350 meter regel kreeg. Bij scholen mocht er nu binnen een straal van 350 meter geen shop meer zitten. Maar ook de growshops waar je alle benodigdheden voor het telen van wiet kon kopen werden opgedoekt en verboden.
Nadeel voor de vredelievende sofdrugsgebruikers was dat daardoor de beste en mooiste zaken allemaal uit de stad verdwenen. Wat overbleef, waren de shops van onze medelanders.
Ik ken er heel wat en de kwaliteit is echt erbarmelijk, wat een troep zeg. Sommigen verkopen gewoon onkruid; van die wiet die je in Oost Europese landen gewoon langs de weg in de berm ziet groeien. Er is in de stad geen shop meer te vinden waar nog Nederlands of Engels wordt gesproken.
Dit zie je inmiddels ook gebeuren in andere steden en de rest van Europa.
Hoe kan het, dat het in Amerika ondertussen wel goed geregeld is?
Hier bij ons zie je een hele cultuuromslag, waarbij er geen verschil meer wordt gemaakt tussen hard- en softdrugs.
Da's ook niet zo gek natuurlijk als in politiek Den Haag jarenlang de legalisering van softdrugs een dankbaar onderhandelingspunt is om weer een rechtse coalitie te kunnen vormen met een of meer christelijke partijen. Ze hebben nauwelijks genoeg kiezers, maar zijn wel altijd heel blij dat ze weer even nodig zijn en de vrije keuze van wat mensen allemaal willen gebruiken tegen kunnen houden. Vanwege die zelf verzonnen figuur, waar ze allemaal in geloven. [hans teeuwen]
Nu zitten we met drugsbendes die heel wat agressiever zijn dan de Hollandse jongens waren en is enkel die achterdeur regelen al lang niet meer voldoende.
De politie ziet het amateurisme ook toenemen: "Waar in de jaren tachtig en negentig nog voor zo'n 50.000 euro professionele buitenlandse 'hitmen' werden ingehuurd, zijn het tegenwoordig jonge jongens uit de buurt met weinig vooruitzichten en weinig gewetensbewustzijn, die liquidaties plegen voor bedragen tussen de 3.000 en 5.000 euro."
Onze medelanders dus, opgegroeid in een veelal meedogenloze, vrouwonvriendelijke, homofobe cultuur en in het ergste geval psychopaten die dit land haten en het systeem verachten.
De liquidaties, gewoon overdag tussen het winkelend publiek.
Amsterdam, waar een auto wordt gespot met een lichaam op de bijrijderstoel zonder hoofd. Dat lag dan weer voor een Shisha-lounge een paar straten verder. Alle afrekeningen, waarbij ze vanuit rijdende auto's elkaar onder vuur nemen en bij slapende kinderen de kogels door de kamer jagen.
In Rotterdam is de laatste tijd een grote toename van het aantal explosies, in de buurten hier achter ons.
Is meer politie nou echt de oplossing voor dit probleem? Of zadelen die onze gemeenschap op met de wraakacties van strijdende drugsbendes.
Ze houden het zo natuurlijk al jaren in stand, terwijl toch al lang duidelijk is hoe je al die criminaliteit kan voorkomen.
Geef het vrij en ontneem ze hun verdienmodel. Zet in op kwaliteit. Regel goede verslavingszorg, zoals bij alcohol, en voorkom misbruik.
Maar nee hoor, de gebruiker wordt aangesproken op z'n rook, slik, snuif en spuitgedrag en een schuldgevoel aangepraat: "Jullie gebruikers houden het allemaal in stand."
De tirannie van de politiek; Democratisch waar het ze uitkomt, maar een referendum over hoe er aangekeken wordt tegen recreatief gebruik van drugs, weigeren.
In de tijd van de bolletjes slikkers zullen er wel wat snuivers gedacht hebben: "Met coke die via de spijsvertering van een arme Surinamer het land is binnengekomen, ga ik m'n neus niet kapotsnuiven!"
Via internet is tegenwoordig alles te krijgen wat je wil. Voor mij maakt het niet echt meer uit. Ik gebruik al jaren alleen maar wiet, mediwiet op recept van de huisarts. Wetenschappelijk getest en geteeld door de staat waardoor het iets goedkoper is, maar ook zoveel beter.

vorige - index