"DE TIRANNIE VAN DE VERDIENSTE"
De titel sprak mij niet zo aan en ook de schrijver, Michael J. Sandel, kwam
me niet bekend voor.
Het was de subtitel die me over haalde, het boek te kopen:
"OVER DE TOEKOMST VAN DE DEMOCRATIE"
Vroeger liep je naar de boekwinkel, bekeek de inhoudsopgave, las diagonaal even de introductie, samenvatting of conclusie en besloot tot kopen of terug leggen. Nu kocht ik het online. De volgende dag belde de bezorger aan. Het boek was net te dik, de verpakking veel te breed voor de brievenbus.
Uitgeverij Ten Have, Utrecht
achtste druk, 2022
vertaling 2020 Kappel en Stegeman
boekbespreking: gaingate manhattan
de kleur van de omslag
Inhoud
- Proloog
De Hoofdstukken
-.-.-.-.-.-.-
Centraal staat de 'meritocratie', wat Van Dale in 1984 nog in een korte toelichting omschrijft als:
"Bepaling van de sociale status door prestaties en
capaciteiten".
Het is een samenvoeging van twee woorden: meritum (verdienste) en
kratein (besturen).
Sandel geeft meer dimensie aan het begrip, onderkent veel nadelen en zelfs
ernstige gevaren voor de samenleving en politiek.
Hoewel hij af en toe refereert aan Aziatische en Europese omstandigheden, zijn
de analyses en conclusies vooral gebaseerd op de religieuze, sociaal-economische en
politieke situatie in de Verenigde Staten.
-.-.-.-.-.-.-
De VS worden in 2020 overvallen door de Corona-pandemie. Het ontbreekt aan alles en het land wordt ook nog 'ns geleid door Trump die, net als in Wolfs 'Crisis van het DK', ook door Sandel diverse malen als totaal onbekwaam wordt getypeerd, een gevaar voor het land.
Zo stelt stelt hij:
"De kans dat het giftige mengsel van hoogmoed en ressentiment dat Trump aan de macht heeft gebracht de nu zo broodnodige solidariteit zal opwekken, lijkt niet groot"
Sandel wil in dit boek uitleggen hoe dat allemaal heeft kunnen gebeuren en hoe de politiek zich meer zou kunnen inzetten voor het algemeen welzijn, the Common Good.
Het boek opent met een onthutsend bericht vlak voor de opening van een nieuw
universitair jaar in 2019. Enkele tientallen ouders worden aangeklaagd voor
oplichting omdat ze hun kinderen geplaatst willen krijgen op een van de vier
fameuze elite-universiteiten in de VS.
Rijke ouders met kinderen die daar op eigen kracht niet binnenkomen worden door
een netwerk van oplichters geholpen:
"Ze kochten de geleende glans van een voortreffelijke prestatie, een meritocratisch cachet"
Sandel geeft hier al aan, dat de gedachte, iets op eigen kracht te hebben
bereikt, een ondermijnend effect heeft op het besef van burgerschap. Ook dit
werkt hij in diverse hoofdstukken verder uit.
1. Winnaars en verliezers
Wie zich winnaar waant door eigen verdienste, gaat volgens Sandel wat al te
gemakkelijk voorbij aan 'het toeval' en loopt daarbij het risico zijn
solidariteit met de samenleving te verliezen. Hij haalt klassieke en eigentijdse
voorbeelden aan van auto- en aristocratische ideeën over macht en verwerving.
Hij maakt daarbij duidelijk, dat landsbestuur ook morele en burgerdeugden
betreffen en het algemeen welzijn moet bevorderen.
Hij waarschuwt daarbij, het debat over moraal en politiek niet over te laten aan
"de markt of aan deskundigen en technocraten”.
2. 'Groot want goed': een korte geschiedenis van de 'eigen verdienste'.
In subtitels verduidelijkt hij zijn zoektocht. Verdiensten en prestaties zijn
van belang en 'diep verweven met de morele intuïtie van de westerse cultuur'.
Hier toont de politieke wetenschapper, zijn Amerikaans/Joods-Christelijke
achtergrond. Van het Boek Prediker 9:11 ("Tijd en toeval treffen allen") via
Augustinus die nog beweert dat alleen Gods genade een plek in de hemel
garandeert (verdienste speelt geen rol) naar de Reformatie als tegenbeweging
omdat je geen plek in de hemel kunt kopen (aflatenhandel).
"De uitverkorenen blijven dus Gods onzichtbare kerk", haalt hij Max Weber aan,
die volgens hem een impuls gegeven heeft tot de tirannie van de verdienste.
Uitbundig vervolgt Sandel zijn religieus/politieke analyse tot aan het hedendaags Amerika om met een uitspraak van Obama te eindigen, dat "de boog van het morele universum mag zich dan buigen naar rechtvaardigheid, maar vervolgt hij dan: "God helpt degenen die zichzelf helpen".
3. De retoriek van het opklimmen
"Tegenwoordig", begint hij dit hoofdstuk, "is succes voor ons wat verlossing
was voor de puriteinen - geen kwestie van geluk of genade, maar iets wat ons
toekomt op grond van ons eigen ingespannen streven".
De tirannie komt voort uit een cluster van attitudes en omstandigheden:
- een erosie van solidariteit en een ontmoediging van de zwakkeren;
- diplomadiscriminatie die de waardigheid van arbeid ondermijnt;
- een vorm van technocratie die de democratie corrumpeert.
Sandel koppelt daar de veronderstelling aan, dat hier de oorzaak ligt van het feit dat de VS in tegenstelling tot de EU een minder genereuze welvaartsstaat hebben. De Amerikaanse Droom leeft meer buiten de VS. Sandel gaat hier wat dieper in op de Chinese ontwikkelingen.
4. Credentialisme
“Het laatste aanvaardbare vooroordeel”, luidt de subtitel. Hij omschrijft het
als: “Het enthousiaste geloof in de waarde van diploma's, zodanig dat het
gebruikt kon worden voor 'geloofswaardigheidsretoriek'”. Daarmee werd
'onderwijs' speerpunt in de politieke strijd tegen ongelijkheid. "What you can
earn depends on what you can learn", haalt Sandel Bill Clinton aan. Ook deze
houding versterkt weer de vooroordelen ten aanzien van de lager geschoolden. Ook
het tegenovergestelde komt voor. Als 'verwoestend voorbeeld' noemt Sandel
Kennedy die een team samenstelde van zeer hooggeschoolde adviseurs, die "ondanks
al hun technocratische brille de VS verzeild hebben doen raken in het onzinnige
fiasco van de Vietnamese Oorlog".
5. Succesethiek
Meritocratie heeft 'een duistere kant'. Die er deel van uit maken 'katapulteren' eerder hun eigen kroost in een comfortabele positie, dan dat ze opklimmende gegadigden op hun merites of mogelijkheden beoordelen. Sandel sluit dan ook een 'Opstand der Horden', zoals Ortega y Gasset dat in 1930 al noemde, niet uit. Alle discussies over gerechtigheid in beloning hebben er nog niet toe geleid, dat de grote verschillen in beloning en vermogen aan het verminderen zijn. Er bestaat een marktwaarde en een morele waarde. Sociaal aanzien groeit sneller in hogere dan in lagere salarisregionen. Empathie is er eerder voor slachtoffers van 'brute pech' (aardbeving) dan voor gedupeerden door 'optionele pech' (de gokker die verliest en z'n huis kwijt raakt). Ook signaleert Sandel in feite, dat de meritocratische mantra een mythe is, omdat ook in een succesverhaal toeval en onvermijdelijkheid wezenlijk zijn.
6. De sorteermachine
Rond 1950 was de opkomst van een erfelijke, hogere klasse schrijnend
zichtbaar geworden in de VS. Studenten (met bedienden) hadden zich niet alleen
weten te onttrekken aan dienstplicht, maar werden later ook onevenredig veel
gezien op de toonaangevende advocatenkantoren en banken. Sandel haalt Conant
aan: "Allen zijn mannen van de Oostkust, orthodoxe protestanten, voormalige
kostschoolleerlingen. Katholieken en Joden werden niet toegelaten. Wie niet wit
was, kwam al helemaal niet in aanmerking.
En zelfs de felste sociale hervormers kwamen niet op het idee dat er ook een rol
weggelegd zou kunnen zijn voor vrouwen in het landsbestuur."
Sandel wijst ook op een blinde vlek. Als de meest succesvollen worden gezien
als de meest getalenteerden, dan zoek je primair daar je kandidaten voor een
functie. Het meritocratisch ideaal is impliciet een belediging. Sociale
mobiliteit is de essentie van een klasseloze samenleving.
Maar het hoger onderwijs veranderen in een competitieve sorteringsstrijd acht
Sandel even ongezond voor de democratie als voor het onderwijs. Hij waarschuwt
voor de 'Meritocratische Imperatief', de niet aflatende druk om te presteren, te
slagen: "Er is één route naar het ultieme geluk -geld- en die loopt via een
prestigieuze universiteit."
7. Waardering voor werk
Tot de jaren 70 was het nog mogelijk, zonder hogere opleiding een goede baan
te vinden. Daarna werd het moeilijker en werden de inkomensverschillen groter.
Daar kwam bij, dat door de lagelonenlanden veel arbeid uit de VS verdween.
Daaraan gerelateerd stopte de stijging van de levensverwachting door wat Sandel
noemt ‘Deaths of Despair’ wegens een verloren gegane levenswijze van de
laaggeschoolde, witte Amerikanen. De basis voor het oplossen van dit probleem
zoekt Sandel in het verbeteren van het algemeen welzijn van consument en
producent met als burgerlijk aspect, het werken aan een
maatschappelijk-solidaire levenshouding. Hij waarschuwt daarbij voor de
speculatieve tendensen in de financiële wereld. En maakt zich met de econoom
Tobin zorgen, dat “we meer en meer ook de besten onder onze jeugd inzetten op
financiële activiteiten”.
Geld verdienen met geld kan leiden tot het casino-aspect. Activiteiten die hoge opbrengsten en grote verliezen genereren,
staan ver af van de productie van diensten en goederen en in geen verhouding tot
hun maatschappelijke noodzakelijkheid.
Er is een herwaardering van werk nodig. Dat roept vragen op:
In 1931 verscheen "The Epic Of America", een boek van James T. Adams waarin hij het begrip 'De Amerikaanse Droom' muntte. Hij prees daarin niet alleen de opwaartse, sociale mobiliteit, maar beschreef ook de algemene, democratische gelijkheid van omstandigheden. Een ultiem bewijs daarvoor zag hij volgens Sandel in 'The Library of Congress':
"een symbool van wat een democratie voor zichzelf kan bereiken; een plek waar Amerikanen uit alle rangen en standen terecht konden om iets te leren... Als dit voorbeeld zou worden gevolgd in alle aspecten van het leven, dan zou de Amerikaanse Droom een blijvende realiteit worden".
De laatste decennia is daar weinig van overgebleven. De droom is voor velen een nachtmerrie geworden. Er is een toenemende ongelijkheid en een groeiende onverschilligheid ten aanzien van een gezamenlijke verantwoordelijkheid. "Dat leidt", zegt Sandel, "tot een politiek die zo giftig is en een partijdigheid die zo hevig is, dat menigeen een huwelijk tussen een Democraat en een Republikein inmiddels lastiger voorstelbaar vindt, dan tussen mensen uit verschillende geloven."
"Een sterk besef van de contingentie van ons lot
zegt Sandel. Hij eindigt zijn betoog/boek met:
“Daar sta ik dan, door de genade Gods, het toeval van mijn geboorte of de mysteriën van het lot. Een dergelijke bescheidenheid is het begin van een weg terug van de wrede moraal van succes, die ons verdeelt. Ze wijst voorbij de tirannie van de verdienste, naar een minder rancuneus en vrijgeviger openbaar leven."
Zo eindigt Sandel alsnog met een hoopvol perspectief. Zij het, dat ik wat moeite heb met 'de genade Gods'. Vooralsnog ga ik er van uit, dat hij zijn gelovige landgenoten niet tegen zich het harnas in wil jagen. Maar enige twijfel over orthodoxe sympathieën heeft hij door hoofdstuk II niet kunnen wegnemen.
Politiek, Moraal, Rechtvaardigheid, alles wat met menselijke waardigheid te
maken heeft, is voor Sandel onderwerp voor een filosofische benadering die moet
leiden tot stapstenen naar een betere wereld. Een ethiek voor Gentechnologie
gaat hij daarbij niet uit de weg. Hij wijdt er zelfs een apart boek aan.
Hij maakt de verleiding van de in de VS dominante, meritocratisch denkende elite
duidelijk en wijst daarbij op de negatieve effecten ten aanzien van degenen die
uit vrije keuze of door sociaal-economische omstandigheden minder geschoold
zijn.
Veel aspecten en effecten van de meritocratie zijn ook in EU en NL te vinden. Toch denk ik, dat ons meerpartijenstelsel daar een zeker dempend effect op heeft. Zelfs belasting op vermogen lijkt bij ons meer en meer acceptabel te worden en van menig grootgeldbezitter heb ik al signalen ontvangen, dat hun kinderen een eigen verantwoordelijkheid hebben in het vinden van hun pad naar zelfstandigheid.
Met betrekking tot de ‘contingentie van ons lot’, heb ik al 'ns geschreven over Toeval, Onvermijdelijkheid en de Omstandigheden waarin ik verkeerde
De pretentieuze subtitel van dit boek: "Over de toekomst van de democratie"
komt in mijn beleving echter niet uit de verf. Het maakt de indruk, dat de
uitgever <Ten Have, Utrecht> zich hier een te grote vrijheid heeft
gepermitteerd.
Jammer, ik hoopte wat aansluiting te vinden voor onze GYP-gedachte.
De subtitels die in andere talen voorkomen, versterken de indruk dat Ten Have
inderdaad wat vrijpostig is geweest.:
Subtitels in andere talen:
What's become of the Common Good?
Can we find the Common Good?
Qué ha sido del bîen común?
vademecum
Graeber & Wengrow: Het Begin van Alles
Martin Wolf: De Crisis van het Democratisch Kapitalisme
Michael J. Sandel: De Tirannie van de Verdienste