LR.522.2
ONTWERP
VERSLAG

INFORMATIEF OVERLEG PROVINCIAAL SERVICEBURO N-H (PSB)

Datum/plaatS: 19891101/15:00 Herengracht 8 te Purmerend
onderwerp: Intentieverklaring 4 Steunorganisaties NH
Toekomst Jeugdbeleid NH
aanwezig: Peter Hardewijn, PSB; Jan van Hensbergen RJB


Vooraf

Tijdens de vergadering van de GSC-Welzijn (19890929) spraken de heer Hardewijn en ik elkaar. De GS-notitie Jeugdbeleid, waarin een relatie met een functie van het Serviceburo werd gelegd, was aan de orde. Daarnaast hadden vier Noordhollandse steunorganisaties, waaronder het Serviceburo, een "intentieverklaring" uitgegeven met betrekking tot de organisatie van de provinciale steunfunctie.
Het leek ons beiden goed, over deze zaken eens van gedachten te wisselen.
Dit informatief gesprek vond plaats op 1 november 1989.

De Intentieverklaring

De heer Hardewijn licht de intentieverklaring toe. De vier instellingen streven daarmee naar de totstandkoming van "één provinciale steunorganisatie voor maatschappelijke en culturele ontwikkeling in Noord-Holland".
De vier organisaties zijn: de Ommering (Buurt- & Clubhuiswerk), het NOK (Kinderopvang), het Centrum voor Steunfuncties (steun diverse soorten social-cultureel werk) en het Serviceburo (Jeugd- & Jongeren-werk).
Inmiddels heeft ook de NUSO (Speeltuinwerk) zich aangesloten. Andere SCW-organisaties kunnen eveneens zich aansluiten.

Vooralsnog gaat het om een basisstructuur, waarin alle participanten hun werksoort en werkinhoud kunnen inbrengen, ten behoeve van één functiegerichte maar gestratificeerde organisatie overeenkomstig het huidige model van het Centrum voor Steunfuncties.
Deze nieuwe Steunorganisatie, met één centrale directie/administratie, ontwikkelt een aanbod ten behoeve van Procesdiensten (= organisatieontwikkeling & -vraagstukken, alsmede werkontwikkeling gericht op de specifieke categorieën Zorg, Educatie, Sociaal-cultureel), Informatie & Bemiddeling.

Toekomstig Jeugdbeleid

Ik heb de heer Hardewijn de momentane situatie uiteengezet: Met ingang van 1991 is de Raad zijn totale budget (550.000) kwijt / er is onduidelijkheid over het activeren van een PM-post (175.000) voor Ontwikkelings- & Informatiefunctie (O&I-functie).
Wordt deze geactiveerd per 1 januari 1991, dan kan de Raad in zijn liquidatieplan nog een claim opnemen voor de voortzetting van deelfuncties door overplaatsing van een deel van zijn mensen/middelen.
Denkt de Provincie aan 1 januari 1993, dan zal de O&I-functie wellicht met financiering van het steunfunctiebudget worden geactiveerd, daar dat budget restpost is in de financiële taakstelling van P5 aan het College.

In bestuurlijk overleg met mevrouw van Diepen zal deze kwestie aan de orde komen. Het bestuur van de Raad zal trachten, een duidelijke uitspraak van mevrouw van Diepen te krijgen over deze zaak.

Het Serviceburo en de O&I-functie Jeugdbeleid

Na de uiteenzettingen is vrijblijvend wat gebrainstormd over mogelijkheden die het PSB zou kunnen bieden voor detachering of overplaatsing van de O&I-functie.
De heer Hardewijn ziet daar inhoudelijk zeer goede mogelijkheden voor, omdat het Serviceburo zich richt op het uitvoerend jongerenwerk met de nieuwe conceptie, dat dit werk een bredere functie heeft dan louter een VT-voorziening zijn.
Het jongerenwerk bestrijkt dan ook het brede terrein van het overheidsbeleid, waarbij vooral aspecten van zorg, arbeid, scholing en algemeen welzijn aan de orde zijn, maar ook aan bijzondere groepen (meisjes, etnische jongeren, werklozen) specifieke aandacht gegeven wordt.
Ook op het terrein van de Kunstzinnige Vorming is het PSB actief.
De algemene conclusie is, dat bij een mogelijke continuering van de O&I-functie het Serviceburo inhoudelijk een interessante partner kan zijn, zij het dat er met betrekking tot de huisvesting beperkingen zijn in het huidige pand. Deze hoeven echter geen onoverkomelijke problemen op te leveren.


Afspraken

In het Bestuurlijk Overleg GS/Raad zal worden gesondeerd, of directe continuering van de O&I-functie mogelijk is en of de Raad daar voorstellen voor kan ontwikkelen.
Mocht dit positief uitpakken, dan zal de Raad daar in zijn liquidatieplan aandacht aan schenken en in de voorbereiding van dat plan contact zoeken met mogelijke partners als het Serviceburo, de Zorgraad, de Culturele Raad en de Dienst Centrale Ondersteuning.
Na het bestuurlijk overleg zal ik de heer Hardewijn daar informeel over inlichten.


Haarlem, 21 november 1989,
Jan A.M. van Hensbergen.

Verslagweergave P. Hardewijn

klik hier voor de outline van
het register