Met Killend' Fok72 OPTIES VOOR JEUGDBELEID IN NOORD-HOLLANDsamenvatting van een advies aan het
provinciaal bestuur Jongerenwerk Onderwijs Hulpverlening Wonen, Leefomgeving & Ruimtegebruik excerpt gs-plan scw & ew
VOORWOORDMet killende fok lijkt het Provinciaal Bestuur vorm te geven aan jeugdbeleid.Is de wind gedraaid, een onderstroom niet ingecalculeerd, of wordt er te scherp aan de wind gezeild? De doelen zijn intentioneel nog dezelfde als bij het optreden van het College van GS in mei 1987, maar ze dreigen in de politieke praktijk, waarin onder meer omvangrijke bezuinigingen en interne reorganisaties veel energie en tijd vragen, uit het zicht te raken. Meer dan ooit is het dan ook geboden, elementen voor bijsturing aan te dragen. De Raad heeft in goed overleg met het College van GS afgesproken, omstreeks de zomer van 1988 het Provinciaal Bestuur van advies te dienen met betrekking tot provinciaal jeugdbeleid. Daarbij is er van uitgegaan, dat jeugdbeleid nog steeds prioriteit heeft en dat een teruglopend aantal jongeren wel zal kunnen leiden tot een verminderend aantal schoolbanken, maar bepaald niet mag leiden tot een teruglopende politieke aandacht, integendeel. De argumenten voor jeugdbeleid maken dat voor ieder duidelijk die wat verder dan zijn omgeving kijkt.De Raad heeft zijn advies niet alleen willen formuleren door een oogje in het zeil te houden teneinde de koers van het beleid aan de politieke intentie te toetsen overeenkomstig zijn "waakhondfunctie"; maar meer nog door het ontwikkelen van redelijke beleidsopties voor de diverse beleidsterreinen. Veel van deze opties zijn met enige goede wil en zonder extra kosten uitvoerbaar; enkele andere vragen nadere politieke afweging. De Raad hoopt, dat dit advies in alle relevante Statencommissies op korte termijn aandacht zal krijgen en biedt hierbij zijn diensten aan voor de verdere uitwerking.
Haarlem, 26 juli 1988, Drs H.H. van Egerschot, voorzitter. ISSN 0169 - 0248
72 OPTIES VOOR JEUGDBELEIDHet advies voor provinciaal jeugdbeleid geeft na een inleiding over de overwegingen en aanknopingspunten die er zijn, enkele algemene voorwaarden voor jeugdbeleid (Hoofdstuk 2). In de vervolghoofdstukken wordt het provinciaal beleid aangeduid aan de hand van het Collegeprogramma 87/91, de wettelijke (mede-)bewindstaken en autonome taken.Aan de hand van de Begroting 1988 alsmede het Integraal
Beleidsplan '88 wordt dit beleid inzichtelijker gemaakt en worden "Opties voor
Jeugdbeleid" geformuleerd. Dit advies is daarin niet compleet, daar er op enkele
beleidsterreinen ingrijpende veranderingen aan de gang zijn, of omdat de Raad
door zijn beperkte mogelijkheden zich nog niet intensief in een betreffende
sector heeft kunnen manifesteren. Of omdat de Raad nog met onderzoek of nadere studie bezig is, zoals het binnen enkele deelgebieden wordt aangegeven. Beleidsopties zijn geformuleerd in de volgende hoofdstukken van de adviesnota: Algemene voorwaarden voor jeugdbeleid.Hoofdstuk 3: Jeugdonderzoek Hoofdstuk 4: Arbeid Hoofdstuk 5: Welzijn Hoofdstuk 6: Wonen, Leefomgeving & Ruimtegebruik Hoofdstuk 7: Verkeer & Vervoer Hieronder staan de opties in volgorde per hoofdstuk nader toegelicht.
Opties Hoofdtuk 2: Algemene voorwaarden voor jeugdbeleid.Optie 1:
Bureau Jeugdbeleid
binnen Afdeling Facet-beleid Optie 2:
Gedeputeerde
voor Coördinatie Facetbeleid Optie 3:
Jaarlijkse
Statenvergadering Jeugdbeleid Optie 4:
Operationaliseringplan
Facetbeleid Optie 5: Actieplan
Jeugdbeleid Optie 6:
Provinciaal
meisjesbeleid Optie 7:
Provinciaal
Platform Meisjesbeleid Optie 8:
Jeugd
- Informatie – Beleid Optie 9: Expertfuncties onder begrotingsregiem FacetbeleidWanneer er in het veld van het maatschappelijk initiatief (categoriale) instituten voor facetbeleid zijn, gericht op overheden (provinciaal of regionaal/lokaal) met een advies-, onderzoeks- of een ander expertfunctie, worden deze begrotingstechnisch ondergebracht in dezelfde hoofdstukparagraaf, waarin de afdeling Facetbeleid wordt begroot.
Opties Hoofdstuk 3: Provinciaal Jeugdbeleid & JeugdonderzoekOptie 10:
Coördinatie
onderzoeksbeleid in DCO
Optie 11:
Provinciaal
Programmeringcollege Jeugdonderzoek
Optie 12:
Jeugdonderzoek in
populaire versie Optie 13:
Regionale
infrastructuur jeugdonderzoek Optie 14:
Regionale
jeugdscenario´s
Opties hoofdstuk 4: ArbeidOptie 15: Rapportage over de positie van jongeren op de Noord-Hollandse arbeidsmarktDe provincie verzoekt de Economische Technologische Dienst, een rapportage op te stellen over de positie van jongeren op de Noord-Hollandse arbeidsmarkt. Vragen die in een dergelijke rapportage aan de orde moeten komen, hebben niet alleen betrekking op hun directe beroepsperspectief. Ook aspecten als woonwensen, mobiliteitsscenario, behoeften aan leer- en werkervaring, aanvullende of nieuwe opleidingsmogelijkheden moeten bekeken worden. Zeker met het oog op de effecten van de zogenaamde “1990-maatregel” (economische zelfstandigheid vanaf 18 jaar) is inzicht in de samenstelling, wensen en perspectieven van de groep jongeren in relatie tot de economische ontwikkelingen, noodzakelijk. Optie 16: Hoofdstuk jongeren opnemen in regio-rapportageIn de op te stellen regiorapportage voor het noordelijk deel van de provincie (en in de toekomst ook in de aan te vullen bestaande rapportages) is het gewenst, de arbeidsmarktkansen voor jongeren nu en in de toekomst als apart hoofdstuk op te nemen. Ook hier is het van belang, aan te geven welke perspectieven voor meisjes, respectievelijk jongens er zijn en hoe in aanvullende voorwaarden kan worden voorzien. Optie 17: Stimulering regionale jongeren-werk-winkelsIn navolging van West-Friesland stimuleert de provincie de totstandkoming van jongerenwerkwinkels door het bij elkaar brengen van partners uit het bedrijfsleven, werkgevers & werknemers, onderwijs, sociaal-cultureel werk, de maatschappelijke dienstverlening en regionale & lokale overheden. Doel van de samenwerking: Langdurig werkloze jongeren begeleiden en aan een baan helpen. Vooral meisjes en jongeren uit etnische groeperingen. Behalve vanuit de optiek van werkgelegenheid kan de provincie hiermee ook de methodiekontwikkeling in het sociaal-cultureel werk stimuleren (werken met werkloze jongeren) en een bijdrage leveren vanuit de planning van onderwijsvoorzieningen (o.a. BE/VE en beroepsonderwijs). Optie 18: SBNH en aanknopingspunten voor jeugdbeleidIn de adviseringswerkzaamheden van de SBNH word nadrukkelijk voorlichting gegeven over de specifieke mogelijkheden om jeugdige werklozen in dienst te nemen. Bij individuele bedrijfsadvisering kan aangegeven worden, welke maatregelen in de sfeer van scholings- en/of loonkosten-subsidie in het bijzonder van toepassing zouden kunnen zijn. Daarnaast worden bedrijven regelmatig op de hoogte gehouden door bijvoorbeeld een nieuwsbrief. Hierin wordt o.a. aangegeven, hoe de markt van subsidie en scholing is georganiseerd in de provincie, welke veranderingen erin zijn opgetreden en welke ervaringen bedrijven hebben opgedaan. Optie 19: De Nota MKB en experimenten jeugdbeleidIn de te verschijnen provinciale nota Midden & Kleinbedrijf (MKB) wordt aangegeven, welke mogelijkheden deze sector voor jongeren biedt. Gelet op de omvangrijke betekenis van het MKB voor de werkgelegenheid in de provincie (60% en daarmee goed voor ongeveer 40% van de totale werkgelegenheid), moeten die mogelijkheden er zijn. Zo kunnen bijvoorbeeld per branche op provinciaal en/of regionaal niveau steunprojecten voor jongeren opgezet worden, waarin zij zich kunnen oriënteren op en oefenen in een bepaalde branche. Een andere mogelijkheid is, per bedrijfstak afspraken maken met betrekking tot inschakeling van jeugdige werklozen. De provincie kan hierin een stimulerende rol hebben (o.a. via de SEON) door middel van financiering uit het Fonds Economische Ontwikkeling. Optie 20: Stichting Bedrijf- & Vakopleidingen Noord-HollandGedeputeerde Staten nemen het initiatief, bijvoorbeeld in Seon-verband, tot het onderzoeken van de mogelijkheden om, binnen de CAO, voor jongeren een opleidings- & baneninstituut op te richten naar Limburgs voorbeeld. Daarbij kan het gaan om opleidingen die niet-regionaal georganiseerd kunnen worden. Optie 21: Projecten voor jongeren volgens het GildenprincipeDe provincie neemt het initiatief, een provinciaal netwerk van Gildenprojecten op te zetten. Door inschakeling van mensen die hun sporen in een bepaalde bedrijfstak hebben verdiend of daarin nog werkzaam zijn maar “uitgeleend” kunnen worden, kan de begeleiding van jongeren in projecten met succes worden vormgegeven. De leer-/onderwijscomponent kan inhoud krijgen door afspraken met het reguliere onderwijs over instapmogelijkheden, korte cursussen, enz. Op deze wijze kunnen ook meisjes gestimuleerd worden tot grotere participatie in oorspronkelijke "mannenberoepen". Optie 22: Provinciale projectenbankEen van de beleidspunten in het provinciaal economisch beleidsplan, PEB’84, is het opzetten van een provinciale projecten- & initiatievenbank ten behoeve van derden. Dit punt is nog niet in uitvoering genomen, maar wel zeer waardevol. Door het coördineren van de diverse projecten op een centrale plaats kunnen begeleiding, scholing, doorstroming, onderlinge projectuitwisseling effectiever worden en efficiënter worden aangepakt. Doordat alle informatie op een centraal punt beschikbaar is, kan veel dubbel werk worden voorkomen. Ook informatie en deskundigheid van provinciaal werkende organisaties zou zo benut kunnen worden. Daarbij valt te denken aan de SBNH, Bureau Bedijfscontacten, Vereniging Voorwerk, COA Noord Holland, Servicebureau, SOEN, Raad voor Jeugdbeleid, PBVE, Districtsbureau Arbeidsvoorziening, enz. Optie 23: Specifieke voorwaarden ter bevordering van de deelname aan projecten voor jongeren uit etnische groeperingenNet als het merendeel van de Nederlandse werkende jongeren, willen jongeren uit etnische groeperingen het liefste een betaalde baan. Ter voorbereiding hierop kunnen werk- en/of leerprojecten een kwalificerende functie hebben. De specifieke voorwaarden voor jongeren uit etnische groeperingen hebben betrekking op de beroepskwalificatie, leiding en begeleiding, kinderopvangmogelijkheden, locatie- & informatietoegankelijkheid. Optie 24: Informatieverspreiding Jeugd-Werk-Garantieplan (JWG)Gelet op het grote aantal gemeenten in Noord-Holland zonder ervaringen met het JWG, is het zinvol, ruim voorafgaand aan de invoeringsdatum een gedegen informatiestroom op gang te brengen. Gedacht kan worden aan werkconferenties of aan regionale voorlichtings-bijeenkomsten. Daarnaast moet er materiaal onder uitvoerenden verspreid worden. Nadere contacten met het ministerie van Sociale Zaken zijn gewenst. Optie 25: Coördinatie bestaande gegevensverzameling en informatieverspreiding: Centraal InformatiepuntHet in kaart brengen van de initiatieven en activiteiten op het gebied van de werkgelegenheid voor jeugdigen kan leiden tot een vruchtbare en effectieve samenwerking. Gedoeld wordt op het projectmatig zorgen voor een adequate uitwisseling en verspreiding van informatie, zoals vermeld door o.a. COA, Kamer van Koophandel, PPD, Raad voor Jeugdbeleid, SBNH, SOEN, Voorwerk, SEON, voor zowel onderling gebruik, alsook ten behoeve van organisaties in de sociaal-culturele en onderwijs-sector alsmede de uiteindelijk belanghebbende: jongeren zelf. Optie 26: Bestuurszetel voor de Provincie in de RBA'sDe provincie dringt aan op een zetel in de nieuwe regionale structuur voor de arbeidsbemiddeling .
Opties Hoofdstuk 5.1: Welzijn AlgemeenOptie 27: Systematisering begrotingsparagrafenDe kosten voor uitvoeringsbeleid, worden aan de hand van de functies "Apparaatskosten", "Advisering", "Onderzoek", "Ondersteuning", "Uitvoerend werk", "Stimulering/Innovatie", "Voorlichting/Participatie", in de (sub) paragrafen wel-onderscheiden geraamd. Daardoor kan de begroting inzichtelijker gemaakt worden, waardoor zowel beleids-evaluatie & - effectiviteit en prioriteitsstelling, alswel inspraak & participatie worden bevorderd.
Opties Hoofdstuk 5.2:
Optie 28:
Regionaal
jeugdbeleid en regionale steunvoorziening Optie 29: Advies "Klampen en kikkers" in kader WelzijnsnotaAlvorens tot besluitvorming rond de regionalisatie van de steunvoorzieningen in het kader van de vast te stellen nota Welzijn 1988 over te gaan, wordt het door de Raad uitgebrachte advies over de steunvoorziening voor het J&JW politiek behandeld. Daarbij kan worden overwogen, of de regionaliseringsgedachte moet aansluiten bij de WGR- dan wel de RBA-regio's. (Zie toelichting Optie 26). Optie 30: Versterking zelforganisatie bovenlokaal jongerenwerkDe regionale steunvoorziening voor het J&JW zou een platformfunctie kunnen ontwikkelen voor de door de jongeren zelf georganiseerde vrijetijdsinitiatieven om het aanbod van deze vrijwilligersclubs meer regionale bekendheid te geven en de continuïteit te versterken. Optie 31: Jeugdopbouwwerkcomponent in regionale steunvoorzieningIn de ontwikkeling van een regionaal ondersteuningsnetwerk voor het J&JW wordt een jeugdopbouwwerk-component ingebouwd in het kader van "nieuw beleid." Hierdoor wordt de maatschappelijke participatie en betrokkenheid van jongeren bij het overheidsbeleid bevorderd. Optie 32: Regiorapportage, stimuleringsinstrument jeugdbeleidDe provincie stimuleert de WGR-regio's, jeugdspecifieke, sociale regiorapportages te ontwikkelen ter ondersteuning van de regionale steunvoorziening. Optie 33: Accommodatiefonds als stimuleringsinstrumentEen discussie over de handhaving, doel en reikwijdte van het Fonds Jeugd Accommodaties dient gevoerd te worden in het kader van de stimuleringsfunctie die dat fonds heeft op het terrein van jeugdbeleid. Optie 34: Stimuleringsbeleid met twee aspectenDe provincie onderkent in het stimuleringsbeleid ten aanzien van jeugd twee aspecten:
Optie 35: Onderscheid
uitvoeringsbudget en Facetbeleidbudget
Opties Hoofdstuk Optie 36:
Verruiming toepassing krediet voor incidenteel
toe te kennen subsidies op het Onderwijsterrein Optie 37:
Evaluatie criteria & procedure
studiekostenregeling Optie 38:
Verbreding reikwijdte studietoelageregeling Optie 39:
Instandhouding onafhankelijke
onderwijsadvisering Optie 40:
Onderwijsgids Optie 41:
Aanstelling provinciale consulent
Schoolverlaters Voortgezet Speciaal Onderwijs
Opties Hoofdstuk 5.4: Jeugdhulpverlening Optie 42: Onderzoek positie gebruikers instellingenDe provincie stelt een onderzoek in naar de positie van jongeren in (semi-)residentiële instellingen. Er wordt daarbij niet alleen aandacht besteed aan het klachtrecht; ook de inspraakmogelijkheden op grond van de democratiseringsgedachten. zoals door de provincie gewenst binnen beleids- & welzijnsvoorzieningen, worden daarbij betrokken. Optie 43: Onafhankelijke advisering jeugdhulpverleningDe provincie bezint zich op de wijze waarop onafhankelijke advisering bij de inwerkingtreding van de Wet op de Jeugdhulpverlening het beste kan worden georganiseerd. Optie 44: Stimulering vindplaatsgericht werkenUit het oogpunt van preventie en bevordering van samenhangend jeugdbeleid volgt de provincie nauwgezet de ontwikkelingen binnen het zogenaamde "vindplaatsgerichte werken" in de jeugdhulpverlening. Deze vorm van hulpverlening word in West-Friesland en Uitgeest ontwikkeld. Bij gebleken succes stimuleert de provincie deze vorm van hulpverlening ook elders in de provincie. Optie 45: Onderzoek gevolgen verlaging minderjarigheidgrensDe provincie neemt in IPO-verband (interprovinciaal overleg) het initiatief tot onderzoek naar de gevolgen die de groep jongeren van 19 tot 21 jaar hebben ondervonden van de verlaging van de meerderjarigheids-grens van 21 naar 18 jaar op 1 januari 1988.
Opties Hoofdstuk 5.5: Optie 46:
Jeugdcultuurbeleid Optie 47:
Jeugddeskundigheid in culturele adviespraktijk Optie 48:
Experiment Plug t.b.v. LBO-leerlingen Optie 49:
Regionale Scholierenfestivals en
jeugdcultuurprijs Optie 50:
Instandhouding subsidie-regeling Eigentijdse
Muziek Optie 51:
Musea toegankelijk en begrijpelijk voor kinderen Optie 52: Samenhang functies museumconsulent en kunstzinnige vormingDe provincie bevordert de afstemming tussen de regionale educatieve museumfunctionarissen en de in te richten regio-platforms voor de kunstzinnige vorming. Optie 53: Samenhang tussen de regionale platforms voor kunstzinnige vorming en het jeugd- & jongerenwerkDe provincie ziet toe op de afstemming tussen de regionale platforms voor kunstzinnige vorming (KV) en de regionale steunfunctie-structuur voor het jeugd- & jongerenwerk (J&JW). Optie 54: Samenhang regioplatforms AK, KV, en J&JWDe provincie ziet toe op de afstemming tussen de regionale verzorgingsstructuur amateuristische kunstbeoefening en de regionale platforms voor KV en het J&JW. Optie 55: Regionaal cultuur-budget voor jongerenDe provincie onderzoekt de mogelijkheden van een regionaal "vrij". voorwaardenscheppend budget om culturele producties en initiatieven van jongeren tot stand te kunnen laten komen. (eigen video-, theater-, film-, muziek-produkties, scholierenfestivals) Optie 56: Structuurvisie Noord-Holland 2015In aanvulling op de Raamnotitie en als uitwerking voor de Structuurvisie worden ruimtelijke normeringen ontwikkeld, die recht doen aan voor jeugd en jongeren relevante basiskwaliteiten voor het ruimtelijk milieu. In het bijzonder gaat het om de aspecten ruimte- & voorzieningengebruik, speelmogelijkheden en huisvesting.
Opties Hoofdstuk 6: Wonen, Leefomgeving & Ruimtegebruik
Optie 57:
Jeugdigen als structurele onderzoekscategorie Optie 58:
Streekplannen en "Zwakkere Ruimtegebruikers" Optie 59: Jeugdbeleiddeskundige in P.P.C. Optie 60:
Bestemmingsplantoetsing en jongerenhuisvesting Optie 61:
Bestemmingsplantoetsing en speelruimte Optie 62:
Woningbouw en woonbehoefte-onderzoek onder
jongeren Optie 63:
Regionale principe-taakstelling
jongerenhuisvesting Optie 64:
Woningwensen jongeren uit etnische groeperingen Optie 65:
Evaluatieonderzoek stads- & dorpsvernieuwing Optie 66:
Integrale planbeoordeling stads- en
dorpsvernieuwing Optie 67:
Algemeen Welzijn, Ruimtelijke Ordening &
Jeugdbeleid
Opties Hoofdstuk 7: Verkeer & Vervoer Optie 68:
Promillage alcohol in het verkeer op '0' Optie 69:
Provinciale steun bij de ontwikkeling van
regionale vervoersexperimenten Optie 70: Onderzoek naar het vervoerspatroon van meisjesVan jongens is bekend dat zij veel drinken en vaak met eigen vervoer van & naar huis gaan. Bij meisjes ligt dat anders. Uit onderzoek blijkt dat van meisjes niet verwacht wordt dat zij drinken; ouders onderschatten hun drankgebruik nogal. Naar opgave van meisjes zelf drinken zij wel alcohol, weliswaar minder veel dan jongens. Tegelijkertijd halen steeds meer meisjes een rijbewijs en is de mogelijkheid dat ook zij met een auto van & naar huis gaan groot, met alle risico's van dien. Onderzoek naar de wijze waarop meisjes reizen, moet hierin nader inzicht geven. Optie 71: Onderzoek naar de effecten van een veranderend alcohol-, verkeers- & informatiebeleidIn toenemende mate gaan politie en justitie er toe over, eventueel drankgebruik bij ongelukken bekend te maken. Zo wordt er in de West-Friese pers intensief gerapporteerd over het alcoholbeleid in de gemeenten en is de berichtgeving over ongelukken waarbij alcohol in het spel is, geïntensiveerd. In de Kop van Noord Holland neemt de politie sneller het rijbewijs is beslag dan voorheen. Dit zijn enkele voorbeelden van wijzigingen in het beleid die alcoholmisbruik o.a. in het verkeer moeten tegengaan. In de genoemde recherche zijn ook een aantal onduidelijkheden met betrekking tot registratie van verkeersongevallen en de rol van bijvoorbeeld lijkschouwers naar boven gekomen. In het kader van het verkeeronderzoek- & verkeerstudiebeleid participeert de provincie in aanvullend onderzoek naar effecten van wijzigingen in het alcohol/verkeerbeleid. Optie 72: Jeugd en jongeren in het project Regionalisatie VerkeersveiligheidDoor deelname aan het project Regionalisatie Verkeersveiligheid willen Gedeputeerde Staten de veiligheid in de provincie bevorderen. In dit regionaal orgaan zitten vertegenwoordigers van diverse overheidsniveaus en van organisaties die binnen de provincie actieve invloed op de bestrijding van de verkeersonveiligheid hebben. De Raad stelt voor, ten behoeve van de categoriale organisaties plaatsen in het orgaan te reserveren. In het geval van de verkeersveiligheid van jeugd en jongeren zou de Raad in staat zijn, zo'n plaats in te nemen en een bijdrage aan projecten van het orgaan te leveren.
''Plan Sociaal Cultureel
Werk & Emancipatie Werk"1983 -
1989) |
|